Mijn overgrootmoeder Dieuwke was op haar tweede al wees. Haar moeder Jantje Kremer stierf in het kraambed, 15 dagen na de geboorte van Dieuwke.
![]() |
Tolpachterswoning in Briltil |
Twee maanden eerder waren Jantje en haar man Timen Scheeringa met hun tweejarige dochter Tunniske nog vol verwachting verhuisd van Sebaldeburen naar Briltil. Timen had daar een nieuwe baan als tolpachter gevonden, Jantje was zeven maanden zwanger. Het gezin keert zes weken na het overlijden van Jantje terug naar Sebaldeburen. Baby Dieuwke heeft zorg en voeding nodig, en ze trekken in bij oma Zwama, de moeder van Timen. Ik weet uit ervaring hoe fijn het is om een (groot)moeder in de buurt te hebben die bij kan springen in de opvoeding van de kinderen. Maar het onheil is nog niet voorbij in huize Scheeringa: twee jaar later overlijdt ook vader Timen. De zusjes Tunniske en Dieuwke zijn dan definitief wees.
Volgens mijn tantes werden de twee meisjes daarna gescheiden opgevoed door hun grootouders, en hebben ze elkaar twintig jaar niet gezien. De bevolkingsregisters bevestigen dat beeld. Na het overlijden van haar vader gaat Dieuwke naar de grootouders van moederskant: opa en oma Kremer, die eveneens in Sebaldeburen wonen. Tunniske blijft bij oma Zwama, totdat die in 1888 overlijdt. Tunniske is dan negen, en wordt vervolgens overgeschreven naar het dorp Ten Boer, ten noordoosten van de stad Groningen. Vanaf haar dertiende vind ik Tunniske terug in dienstbodenregisters. Eerst nog ‘zonder beroep’, in dienst bij een weduwe, maar vanaf haar veertiende als dienstmeid in verschillende huishoudens en in diverse plaatsen. De levens van de zusjes Tunniske en Dieuwke raken zijn dan inderdaad voor lange tijd gescheiden.
Dieuwke woont bij haar oma Dieuwke Kremer-de Vries. Uiteraard verhuist oma mee als Dieuwke met Berend trouwt |
![]() |
Paarden trekken een schip voort op het jaagpad |
Als Dieuwke in 1903 trouwt met Berend Bolt, is haar oma Kremer de enige nog levende ouder/grootouder. Dieuwke is dan 21 en in die tijd ben je dan nog minderjarig. Haar 85-jarige oma geeft ‘hare toestemming tot dit huwelijk’ zoals in de akte vermeld staat. Er wordt ook bijgeschreven: ‘verklarende de grootmoeder van de echtgenoote niet te kunnen schrijven als hebbende zulks niet geleerd.’ Andere getuigen zijn de moeder van Berend, een veldwachter, een stalknecht, een secretaris en een klerk.
Het echtpaar Bolt-Scheeringa vestigt zich in 1903 in Lucaswolde, waar hun tien kinderen geboren worden. Mijn oma Jantje is de tweede in de rij. Lucaswolde is dan nog een gehucht zonder voorzieningen. Dus beginnen Dieuwke en Berend een winkel.
“Opa Bolt had alles in de handel, van petroleum tot jenever”, wist m’n tante zich te herinneren. “De kindertjes moesten de jenever langsbrengen bij de klanten, want dat was eigenlijk illegaal. Ze kochten een vat, tapten het en verkochten het per 'maatje'.” De winkel was dus ook de lokale kroeg. Een bekend verschijnsel, dat ik ook uit Suriname herken. Daar wordt in de Chinese winkels een paar krukjes neergezet om aan het eind van de dag een ‘biertje te zetten’.
“Oma Dieuwke zat altijd met de benen omhoog, op een bankje, met een deken erover heen, sokken te breien of aardappelen te schillen”, weet mijn tante nog te herinneren. Ze liep ook weinig meer, vanwege de wonden die het eczeem gaf op haar benen en armen. En “oma dronk vaak van de wijn”, vertelde m’n tante.
Misschien was drank met de paplepel ingegeven; haar grootmoeder was tenslotte herbergierster. Maar ze had misschien ook een andere reden om drank te gebruiken…
Mijn tante herinnerde zich oma Dieuwke als iemand die vaak op een bankje zat, de benen omhoog, een deken over haar heen, sokken breiend of aardappelen schillend. Lopen deed ze nauwelijks meer, door de wonden van haar eczeem. “En oma dronk vaak wijn,” voegde ze eraan toe.
Misschien was
drank met de paplepel ingegeven — haar grootmoeder was tenslotte
herbergierster. Maar misschien had ze ook gewoon een reden nodig om af en toe
even te vergeten. Een jeugd vol verlies laat sporen achter. Wat mij bijblijft:
ondanks alles bouwde Dieuwke haar leven opnieuw op. Stil, bescheiden,
maar krachtig — op haar manier.
Tijdens een wasdag ontdekten de kinderen dat oma naar
jenever stonk. Deed dit w's om haar verdriet te verzachten. De dochters hebben
dit aan opa doorgegeven, en hij heeft de jenevervat afgesloten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten