zondag 1 maart 1981

We vertrokken om 6.30 richting Bertoua. Eerst nog afscheid genomen van de bevolking hier. Kadootjes gegeven van Bran Buds tot pennen, t-shirts, pyama's, petjes. Ze waren er heel blij mee en straalden. Bertoua hadden we gemakkelijk moeten bereiken. De eerste fout was de berekening, geen 170 maar 270 km. We stopten een paar maal onderweg. Herman trakteerde op koeken "oliebollen". "Zouden ze een oliebol lusten Herman". De hele schaal van 20 werden leeg gekocht. Bij de tweede stop gingenThea en ik op zoek naar een dispensaire. Het was gesloten. In de chirurgie lag op een stenen tafel een operatieschaaltje met wat gereedschap. Vandaag, zaterdag gesloten. Het zag er ook bouwvallig en gesloten uit.
In een klein plaatsje Downbe lachte het ongeluk ons weer toe. Een rem van de trailor liep vast en het kostte uren om het te repareren. Ondertussen hadden wij een beekje gevonden met een klein watervalletje. We konden het vuil er weer afwassen. Verder aten we onze warme hap van macaroni. Er was ook nog bier, maar verder weinig te beleven.






















10 km verderop kregen we problemen met de laatste van de vier remmen. Gelukkig snel verholpen. We besloten om hier de nacht door te brengen. Op 100 meter (Jans maat), dus wel een halve kilometer haalden we water. Twee bassins en een stromende pijpleiding. We naderen steeds dichter het oerwoud. De begroeiing wordt steeds dichter. De ronde hutjes zijn ook verdwenen. Nu zijn het vierkante, vaak heel bouwvallig. Een raamwerk van hout eerst opgezet, met daar tussen de gebakken stenen. Het rietwerk is ook minder.
Langs de route wuiven de mensen. Ze zitten voor de huizen. Waarschijnlijk weinig anders te doen. Hoe zit het met hun geluk? Met Karin M praatte ik daarover. Ze zijn dom en onwetend en daardoor gelukkiger volgens Karin M!
Ik zou wel meer willen schrijven, maar het is nu half 7 en het wordt donker. De laatste dag van februari.

Lang hield ik het 's avonds niet vol. Om 8 uur lag ik al te slapen en sliep door tot de volgende morgen 6-7 uur. We vertrokken uit het dorpje met achterlaten van wat spulletjes. We reden vlot door naar Bertoua. Bij het binnenkomen van dit plaatsje begonnen de problemen. Politiekontrole. Tweede politiekontrole. Paspoorten. Mensen tellen. Er was er een teveel. Omdat Hamdou geen visum had, moest er eentje duiken en dat liep helemaal mis. Hamdou moest mee naar het politieburo, de kommissaris wou ’s zondags niet gestoord worden en hij moest dus blijven. We knepen 'm wel even hoor. Bij het Novotel parkeerden we de auto. Bernard ging naar het ziekenhuis voor een röntgenfoto. Een deel ging zwemmen en zonnebaden in het hotel. Afschuwelijk. Een voetbalwedstrijd was er aan de gang, maar het spel boeide me niet.
Met Thea ging ik Hamdou opzoeken in jail. Onderweg kochten we wat voor hem. De politieagenten waren best aardig. Aten de bananen met ons mee en vroegen naar whisky of gin. Hamdou gaf geld, zodat ze het konden gaan halen. Voor het politieburo dronken we met de agenten de gin. Daarna gingen we over een grote brede verlichte laan terug. Bij de brik was grote ruzie. Pieter was een beetje dronken en schold op de verantwoordelijkheid van iedereen. Hij vertelde dat hij de truuk had gekocht en ons in 6 maanden wel even naar Douala zou brengen. Grika en Mieke speelden mee. Ze zongen en zeiden dat ze de truuk gingen jatten. Jan was inmiddels binnengekomen en rustig gaan zitten luisteren. Ineens kwam hij met een zaklantaarn. De bom barstte.

Het eten werd zoals de laatste tijd verwaarloosd. Rode kool met rauwe uien. Opnieuw naar Hamdou. Langs de grote laan zaten allemaal leerlingen onder de lamp te leren. Met een jongen, jaar of 16, die met biologie bezig was, praatten we even. De biologie die hij moest doen was vrij ingewikkeld. Veel hoger peil dan bij ons. Elke avond zaten ze daar te studeren. Het was heel indrukwekkend en ik had ook zin om daar te gaan zitten lezen. Bij Hamdou was het nu minder. Een andere wacht. Die nacht sliep hij ook niet. Wij trouwens ook weinig. Voor de zoveelste maal langs de studerende mensen. Lopend te repeteren op straat. Bij het kroegje Cinq Six Dancing gingen we nog even een pilsje drinken. We praatten wat. Pieter kwam nog binnen, maar werd opgehaald door Corina. Jan vertelde dat Hamdou helemaal in de organisatie betrokken zou worden. In Yaoundé moest hij zaken doen om dan in Nederland auto's op te zoeken, die goed voor de verkoop waren. We gingen rond 12 uur terug naar de auto. Jan, die al eerder terug was gegaan, vroeg echter of we nog wat bier wilden halen. We kwamen niet terug. Dansen met een Kameroenese en schuivelen met Thea. Ze vonden ons het danspaar van het jaar. "Nog nooit zoiets gezien". We bleven tot 2 uur. 
Piet kwam nog een paar keer langs, danste ook mee en vertelde over z'n clownsnummer. Beter dan Popov! Hij vertelde het zo goed, dat we het bijna gingen geloven. Corina kwam Pieter denk ik voor de derde keer halen. Weer een 'echtelijke' ruzie. Ook Hans kwam nog eens bier halen maar bleef hangen. Ik begon te zweven. Bij het kampvuurtje draaide de sterrenhemel om me heen. Op de tribune van het voetbalstadion sliepen we. Het was moeilijk om in slaap te komen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten