woensdag 11 februari 1981

Vandaag vroeg opgestaan om te vertrekken naar het wildpark. Corina hield de boel op met haar zakjes en tasjes. Met een "Goods only"-wagen gingen we naar het motorpark. Aan alle kanten werd aan ons getrokken voor vervoer. We kregen een busje voor 5 naira de man. In de bus zaten 14 mensen en een baby. De rit verliep feilloos. We genoten van het landschap. Onderweg werd een geitje doodgereden. Twee mensen verlieten de bus, omdat we overbeladen waren. Politiecontrole. 
Om 2 uur waren we in Jos. We konden moeilijk beslissen wat we verder zouden gaan doen. We liepen door Jos. De winkeltjes met platen erboven, tegen de helling op, het Jos plateau. Uiteindelijk besloten we om toch maar naar het wildpark te gaan. We hadden een rood busje die ons voor 2 naira en 50k ernaar toe zou brengen. De bus was weer overbeladen, grote zakken achterin, wij met onze bagage er nog bij en 13 personen en een chauffeur, een jongen van 20 jaar misschien .
We kwamen niet ver. Onderweg schakelde hij al een paar maal verkeerd en zag ik een busje met "Trust in God". Bij een flauwe bocht kon hij het stuur niet meer houden, ging van de weg af, 5-6 meter lager, wist een lantaarnpaal rechts en een greppel links te ontwijken en kwam tot stilstand. Wij zaten achter in de bus en zagen dit allemaal niet gebeuren. Ineens gingen we hobbelend (45%) steil naar beneden (bijna niet tegen op te lopen). Stof langs de bus vloog omhoog. Ik was bang dat we om of over de kop zouden slaan. We hielden ons aan alle kanten vast. Ik was niet echt bang dat er iets met ons zou gebeuren. Een Nigeriaanse vrouw gooide de schuifdeur open en sprong er al rijdend uit. Het leek net of er geknokt werd. Na de helling remde de bus sterk en kwam nog net voor een heuveltje tot stilstand. Iedereen sprong er snel uit en ik zei nog dat het in brand kon vliegen. Over elkaar klimmend gingen ze eruit. Paniek. Ik was vrij kalm en ging er als een van de laatste uit. Was wel bang dat het in brand zou gaan of exploderen. Buiten stond een Mohammedaanse vrouw met de handen omhoog te zingen. "Thanks to Allah". "Trust in God", zei ik tegen haar. Ze lachte en was blij. Mieke en Grika stonden gearmd op een heuveltje. Grika heel wit. Toos en Corina stonden ook buiten.
De "afdaling".
Het busje vloog gelukkig niet in brand. De spullen werden eruit gesleept en buiten op een hoop neergelegd. Een man met stekeltjes begon te klagen over de onervaren chauffeur. Hij zei dat dit niet z'n eerste rit was. De auto was ook niet zo goed, heel slechte achterbanden. We kregen ons geld terug en de jonge chauffeur zat zelf ook een beetje kapot. Begon bijna te huilen. We bedankten hem voor het goed afdalen en op tijd stoppen, voor ons leven.
Op het gras druk pratend zaten we bij te komen. Mieke had iets tegen haar zere been gekregen, een blauwe plek. Ik had een klein schrammetje. Ik liep even weg om alleen te zijn. Was toch ook wel geschrokken en blij dat het goed afliep. Iedereen vertrok weer snel naar Jos, waarschijnlijk om de volgende bus naar Bauchi te nemen! Wij wilden niet verder. We waren in de natuur gezet en wilden daar blijven. Het busje met een gebogen vooras werd weggesleept. We bekeken nog even de afgrond. 
Een Palestijnse landmeter meneer kwam naar ons. We vertelden ons verhaal. Ongelooflijk. Hij wilde ons wel naar Jos brengen, maar we konden misschien ook overnachten op de Baptist school. 's Nachts is het hier heel koud. Jos ligt hoog. Bij de Baptisten bood de referent ons een bungalowtje aan om te overnachten. We accepteerden dit aanbod graag: een woonkamer met keuken en toilet. In de woonkamer was verder weinig. Alles zat onder het stof en er waren kakkerlakken in de keuken.

Na de verfrissing werden we bij twee Amerikaanse leraren (Greg Mobley & Steve Calhorn, Box 86, Jos) uitgenodigd om te eten. Steve teachte agriculture en Greg gaf Engelse les op de Baptist High School. Ook deze woning zat onder het stof. De afwas van weken, een "mannenhuishouding". Het eten was buitengewoon goed en overdadig. We begonnen met rijst met mia en papaia. Daarna kwam de soep, brood en later gingen we door met boter en kaas. We zaten als hongerigen aan tafel. Vervolgens de koffie uit mooie tinnen mokken. Ondertussen kwamen leerlingen binnen, die over studie moesten praten. Ze zaten voor een examen. We praatten voornamelijk over onze reis, omdat zij ook door de Sahara wilden. Verder moest Mieke vertellen over India en Zuid-Amerika. Ze stonden versteld van haar reizen en haar vitaliteit. Ze willen ook verder en meer zien en komen naar Nederland. Na een paar uur bij hen, vertrokken we omdat zij ' s ochtends om half 6 opstonden en wij ook wel moe waren. In ons kleine huisje praatten we nog wat na over de gastvrijheid en vriendelijkheid van deze Amerikanen en het ongeluk.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten