vrijdag 11 augustus 1995

7. Opgesloten in de operatiekamer

Daar is 'ie dan weer. De vorige rondzendbrief was al bijna een jaar geleden, en als we deze frequentie aanhouden dan kunnen we de volgende meenemen als we terugkeren naar Nederland, volgend jaar juni. Er is in de afgelopen periode veel gebeurd, te veel om zo maar even in een avondje op te hoesten.

Het leven en werken gaat hier met de nodige ups and downs. De ene keer voel je je gefrustreerd en heb je ook geen zin om een lange klaagbrief te schrijven, een andere keer gaat het weer lekker, wat vaak ook betekent dat je helemaal in werk maar ook in Ghana opgaat. Je wordt ook veel geleefd in Ghana, zeker met het werk van District Medical Officer. Ook het zieken-huiswerk is vaak heel bijzonder. In ieder geval is het voor ons duidelijk dat dit werk hoewel vaak niet makkelijk, toch vreselijk blijft boeien. Laat ik maar eens wat verhalen vertellen, voordat dit een lang filosofisch betoog wordt. Voor dat laat­ste is helaas ook weinig tijd!

Eerst maar eens een luchtig verhaal uit het ziekenhuis wat nog vers in m’n herinnering zit. Vorige week moest ik een keizersnee doen voor een tweeling. Het eerste kind lag dwars. Toen we net begonnen waren bleek dat de deur van de operatiekamer in het slot gevallen was. De sleutel was een week geleden afgebroken en zodoende stonden de verloskundige en de omloop buiten. Daar stonden we met z’n drieën, een instrumenterend-assistent, de anesthesist en ik. Er zat niets anders op dan de beide kinderen aan de anesthesist te geven. Het tweede kind moest ik zelf naar de reanima­tietafel brengen, omdat hij druk met de eerste bezig was. Moeder en kinderen zijn inmiddels gezond ontslagen, maar we waren wel even ‘hot’. In Nederland zal het misschien vallen onder calamiteiten, hier denk ik meer onder hilariteiten.

Vorige week kregen we ook bezoek van een delegatie uit Zuid-Afrika. In Zuid-Afrika zijn vorig jaar voor de verkiezingen 120 mensen getraind in Senior Health Management, 60 daarvan konden zich vrijmaken om 6 verschillende Afrikaanse landen te bezoeken en 10 kwamen naar Ghana. Een team van vier was vorige week 4 dagen in Assin District: een arts, een tandarts, een verpleegkundige en een maatschappelijk werker. Hun missie was om de gezondheidsstructuur van Ghana te bestuderen, en dit later in Zuid-Afrika met de andere ervaringen te gebruiken voor het opbouwen van hun nieuwe gezondheidszorgsysteem. Het systeem is nu nog erg ‘gefragmenteerd’, zoals ze het noemden, met alle overblijfselen van het apartheidsregime. Wij hebben een aantal dagen intensieve discussies gevoerd, veel geleerd en zoals zij het ook noemden aan ‘networking’ gedaan. Aan het eind van hun bezoek kregen Florence en ik een speld met de nieuwe Zuid-Afrikaanse vlag opgespeld. Mijn kantoor is nu opgevro­lijkt met een klein RSA-vlaggetje, en we hebben allerlei interessante stukken gekregen over wat er de komende tijd in Zuid-Afrika te gebeuren staat. Wij voelden ons vooral erg vereerd met dit bezoek. Veel meer dan het bezoek van afgelopen dinsdag. Toen kwam er een delegatie met ‘people from all over the world’ (zo werd het aangekondigd) van het UNDP kantoor in New York. Dit was een vliegend bezoek van een 10-man delegatie met personen uit o.a. Rusland, China, Denemarken, Trinidad Tobago. Er werden snel een paar foto’s gemaakt werden en ik hoorde ook bij het decor. Zo wisselen bezoeken snel af, woensdag een Engelsman van Save the Children Fund en donderdag 3 Canadezen, broeders van de Church of God in Christ, die graag, handen uit de mouwen, putten en toiletten in ons district willen komen slaan. De meeste van die bezoeken zijn onaangekondigd en het kost je meestal wel een paar uurtjes.

Ons dis­trict is uitgekozen voor een veldstage van een student van de School of Public Health Ghana. Deze school is dit jaar gestart en de opleiding duurt 1 jaar. Het zijn vaak artsen die deze opleiding doen na een aantal jaren in het veld gewerkt te hebben. De student is deze week gearriveerd en zal 4 maanden met ons werken en zijn onderzoek doen. Dit soort activiteiten maken het werk erg interessant en het is bovendien een erken­ning van het werk dat we hier doen. Ik hoop zelf volgend jaar in Engeland een dergelijke opleiding te doen. De stageplek geeft me dus tevens een aardige indruk van hoe de opleiding hier opgezet is.

Florence werkt nog steeds voor meer dan 100% in het zieken­huis. Ze is nu verhuisd naar de mannen/vrouwen afdeling. Zo heeft ze elke afdeling van het ziekenhuis al gezien. Een van de groot­ste problemen waar ze tegenaan loopt is verantwoorde­lijkheden geven aan Ghanese staf. Ze is daarbij een soort intermedium tussen Ghanese staf/ver­pleegkundige en Spaanse nonnen. Een rol waarvoor heel veel geduld nodig is, die ze goed op kan brengen. Misschien dat zij zelf in een volgende brief daar wat meer over vertelt.

‘s Middags geeft Florence les aan Douwe en Koen. Douwe zit inmiddels in groep 2. Het is grappig om te zien hoe Douwe en Koen de schoolsituatie spelen. Soms gaan ze naar buiten en zeggen dan dat ze naar school toe gaan. Vervolgens kloppen ze weer aan en komen op school. Op dat moment is Florence dan ook echt hun juf geworden. Ik neem soms de computerlessen (Floppie) voor mijn rekening.

In juni zijn we een maand in Nederland geweest. Ondanks het slechte weer, hebben we ons prima vermaakt, met zwembaden, speeltuinen en kamperen. Ook een paar dagen met z’n tweeën op stap (Parijs/Antwerpen) was heerlijk. Inmiddels is het weer bij jullie wel echt zomers geworden en horen we elke dag hoe jullie te lijden hebben onder de tropische temperaturen. 

Op de dag van ons vertrek naar Nederland speelde Ajax de Champions League Finale. In Ghana worden deze wedstrijden ook live, of vertraagd live uitgezonden. Zo kwam het dat we het laatste half uur van de wedstrijd op het Kotoka vliegveld konden volgen en natuurlijk een dansje maakten toen de bal er net voor tijd in ging. De passagiers wachtend voor Ethiopean Airlines keken een beetje verbaasd over zoveel fanatisme. Wij konden alleen een feestje bouwen met de barkeeper die ook Ajax (lees Finidi en Kanu) supporter was.

Yot slot nog een opmerkelijk artikeltje uit de krant van 2 mei. Het is maar hoe je onze rol als slavenhandelaar bekijkt. Vergeven (?) en vergeten (?), met of zonder excuses...

Hoop dat de tropische zon jullie net zo goed doet als ons.