vrijdag 4 juli 1997

16. Henmania

Even deze apenstaartje onderweg van Heathrow naar Harderwijk schrijven. Daarvoor is de laptop toch: op de schoot. Het staat natuurlijk ook wel interessant om zo tussen alle vroege vogels om half 7 al zitten “te werken”. Gisteravond hadden we de party in John Astor House. Het was weer gezellig, lekker gedronken, gegeten, gekletst en gedanst. Zo rond 2 uur zat het in het zaaltje beneden in het gebouw erop, waarna we nog even in een van de keukens wat verder gingen drinken. Half 4 ging ik op stap. Ik moest eerst nog naar Oxford Street lopen om met succes een taxi aan te houden. Deze bracht me naar Trafalgar Square waar het ook om 4 uur ‘s nachts nog een drukte is. Met de dubbeldekker reden we naar Heathrow. Bovenin de bus kon ik het langzaam licht zien worden. Ik ben net eventjes een klein half uurtje weggedut in de vertrekhal en nu begint de boarding. 
Henmania is voorbij in Britain. Nadat hij met succes twee Nederlanders uitgeschakeld had, is hij nu uitgeschakeld door een Duitser. Zondag heb ik zelf de kans genomen om ook wat van Wimbledon te zien. Na alle regen hadden ze besloten dat er op zondag gespeeld kon worden en men noemt dit de people’s day: tennis voor het gewone volk! Een lange queue (rij) slingerde over het grasveld, langs het water, de straat naar de loketten. Zeker een paar mijl lang. Doe als de Britten als je in Brittania bent, dus ik sloot ook aan in de queue, maar na een half uur wachten en 200 meter verder, besloot ik om me toch maar niet als een Engelsman te gedragen en ben ergens voorin ingeschoten. Toen ik dat later aan een Engelse vertelde, was hij geschokt van deze etikettenschennis. Bij het loket moest ik kiezen tussen Centre Court (Seles, Henman-Haarhuis) en Court no. 1 (Hingis, Krajicek). Ik besloot voor onze Wimbledon kampioen te kiezen. De partijen waren helaas niet spannend, terwijl Haarhuis uiteindelijk het spit moest delven in een trillende vijfde set met 14-12. De Engelsen natuurlijk helemaal uit hun bol. Toch was het leuk om zo’n dagje naar het tennis te kijken. Ik vind sowieso dat sport live veel dichter bij je komt, terwijl de close-ups juist een rare afstand creëren. Het was ook leuk om langs de andere velden te wandelen. Je staat dan echt naast de tennisbaan en kan zo een praatje beginnen met de spelers. Brenda Schulz, Kafelnikov en nog vele anderen waren aan het dubbelen.
Nog even iets over het juni examen, want dat was toch ook wel bijzonder. De examens werden afgenomen in Senate House, een groot gebouw dicht bij de school. Zo’n honderd tafeltjes stonden opgesteld en onze examen nummers lagen erop. Het ging er allemaal erg officieel aan toe. Zodra we binnenkwamen werd ons verteld dat je niet mag praten in de examenhal. De stoffige heren en dames die moesten toezien of het examen rechtmatig toeging, konden zo uit het House of Lords geplukt zijn. Knorrige, narrige mensen, met krakerige stemmen. Eén van hen had de eer om in z’n toga het examen te openen. Het eerste examen bestond uit vier vakken (statistiek, epidemiologie, gezondheidspolitiek en sociologie). Voor elk vak konden we een keus maken uit 2 vragen. De vragen waren niet te moeilijk, maar het was wel veel. Iedereen had de drie uur tijd hard nodig en er was eigenlijk niet genoeg tijd. Het tweede examen was een geïntegreerd examen, met o.a. een heel algemene vraag over een 25% verhoging van het jaarbudget van een programma (ik koos voor geslachtsziekten). Je werd gevraagd hoe je als hoofd van die afdeling dat zou aanpakken.


Dit is niet echt de tijd om nog veel aan de studie terug te denken. Nu, in Nederland heb ik het knopje al omgezet en ben weer even niet meer de student. In London vertrok ik in hevige regen, maar in Amsterdam was het onbewolkt met veel zon, een goed teken. Het Engelse ontbijt in het vliegtuig was echt onsmakelijk, een plastic bakje met een worstje, spek, scrambled egg, en nog iets ondefinieerbaars alles drijvend in een plasje heet water, waarschijnlijk gestoomd spul. Ik kon het met geen mogelijkheid naar binnen krijgen. Straks gewoon weer een bruine boterham met kaas. Ik zit nu in de trein te laptoppen. Met een treintaxi kaartje hoop ik straks aangenaam terug te rijden naar huis. Ik ben dan net op tijd om om 12 uur bij het schoolhek te staan en de jongens op te vangen na hun laatste schooldag. Ze weten niet dat ik vandaag al kom.

donderdag 3 juli 1997

15. School’s out!

Het zit er op. School’s out! De laatste weken was het nog even flink zweten. In juni twee weken hard studeren voor de examens van 23 en 24 juni. Gisteren rond vijf uur konden we de uitslag oppikken en was bijna iedereen in de computerruimte van de school in afwachting van de uitslag. Er waren twee mogelijkheden: of je kreeg te horen dat je er door was (“pass”), of je moest nog een mondeling doen. Dit laatste hing af of je “borderline” was. Dit kon zowel betekenen dat je een twijfel geval was voor “pass/fail” of voor “pass/distinction”. Het was bijna 6 uur toen iemand van onze cursus met een enveloppe in de computerzaal ‘smiling’ binnenkwam: de uitslagen waren binnen. Sommigen renden naar de postvakjes, graaiden hun enveloppe eruit en verdwenen (o.a. naar de toiletten). Anderen openden de enveloppe ter plekke. Ik was ook wel nerveus geworden, want ik had het gevoel dat ik de juni examens niet zo geweldig gemaakt had. Ik had er zelfs een beetje een kater aan over gehouden. De rest had ik echter wel goed gemaakt. In de brief stond dus dat ik de volgende dag verwacht werd, voor een mondeling, een “viva” heet het hier. Er werd in de brief niet vermeld dat het voor pass/fail of pass/distinction was, maar ik werd gerustgesteld door mijn cursusbegeleider. Nog een dag spanning opbouwen dus. Vandaag dus 20 minuten mondeling voor een panel van drie lecturers/professoren. Het ging gelukkig redelijk goed en het is echt een opluchting dat nu alle examens en de studie achter de rug is. Het enige wat nu nog over blijft is de dissertatie, maar dat is meer een individuele activiteit met hopelijk veel onder-steuning van mijn tutor/begeleider. Uiteindelijk moesten 12 van de 33 opdraven. 4 of 5 voor pass/fail en de anderen voor pass/ distinction.

Morgen vlieg ik weer naar Nederland. Deze week boekte ik een vlucht bij het studenten travel agency. Omdat ik pas over drie weken weer terugvlieg, vroeg de guy “Are you going home for a while?”. Ik stond op het punt om te zeggen: “yes, my mum has her birthday this week, then my child and my wife will have their birthday at the end of the month”. Het geeft wel een beetje aan in wat voor situatie je hier toch zit. Ik heb een vlucht morgen vroeg voor 7 uur vanaf Heathrow. De metro rijdt niet zo vroeg, dus moet ik een nachtbus nemen.

Gelukkig is er een feestje vanavond, Carlos heeft zijn verjaardag, dus het wordt sowieso laat. In het midden van de nacht neem ik mijn koffer, en kijk of ik een taxi kan krijgen naar Trafalgar Square, van waaruit het dan nog 1½ reizen is naar Heathrow. Mijn computertje gaat mee, dus misschien dat ik daar nog wat energie heb om de afgelopen weken te beschrijven. Over onze hero Tony in Amsterdam op de Eurotop, regen in Engeland, Krajicek op Wimbledon en natuurlijk Henmania...