dinsdag 20 november 2018

Roemenië en digitale ontwikkelingen

Op Schiphol lopen tegenwoordig zwaarbewapende militairen rond. Je kent ze vast wel: met een kogelvrij vest en een mitrailleur scheef voor de borst. Maar niet eerder zag ik ze met een ah-tasje. Een van de twee militairen rekende een paar roomboterappelflappen bij de zelfscanautomaten af. Ze zijn deze week in de aanbieding. De ander stond buiten met een plastic ah-tas. Het pakketje werd erin gefrommeld. Nooit bij stilgestaan, dat deze mensen ook eten moeten scoren, net zoals ik. Ik was wel wat hongerig na mijn vertraagde vlucht uit Boekarest met TAROM. De Roemeense maatschappij serveerde alleen pasta met een klein beetje tomatensaus. De koffie was niet veel beter: een bekertje heet water, waar je zelf het zakje oploskoffie in moest doen. Maar geen geklaag hoor. Ik neem het altijd zoals het is. Van m’n moeder geleerd!
Het samenkomen van de drie nieuwe tijdsverschijnselen was wel een grappig gezicht. Ik ben blij met de ah-to-go’s die op elk groot station staan. Beter een krentenbol en half litertje melk dan een lauwe, slappe kroket uit de snackbarautomaat. Nederlands geld heb ik al helemaal niet meer bij me. Alleen een telefoon met trein- en bankpasjes. En die militairen. Ach, ook dat went.
Roemenië is een vaste bestemming geworden. Dit was mijn derde bezoek van het jaar. In januari staat de volgende trip al weer gepland. Na veel bureaucratische rompslomp, en met meer dan een jaar vertraging, zijn we zover. We hebben na een complexe Europese aanbesteding een vrachtauto (in het Roemeens: ‘caravan’) laten bouwen. In de truck is een digitaal röntgenapparaat geplaatst, met software (van Nederlandse makelij) die de foto’s op afwijkingen scant. En er staat ook een modern lab-apparaat in, die (het DNA van) de tbc-bacterie kan aantonen. De diagnose tuberculose kan zo in twee uur tijd worden gesteld, zonder dat er een arts of verpleegkundige aan te pas komt. Het Europese project waar dit onderdeel van is, heet dan ook E-DETECT TB. Met de E van ‘early’. De foto’s worden geüpload naar de Cloud en kunnen door de tuberculoseartsen in Roemenië real-time bekeken worden. En als het nodig is, kan ik vanuit Nederland de foto’s ook bekijken. Uiteraard wel anoniem vanwege de Europese privacywetgeving. Morgen heb ik een Skypegesprek met een Roemeense collega’s om een paar foto’s (en patiënten) te bespreken. Onvoorstelbaar wat de technologie aan mogelijkheden heeft gebracht!
We zijn al een paar maanden aan de slag, maar nu was het tijd voor een feestje. De gebeurtenis zou eerst bij het parlement plaatsvinden, maar vanwege de eerste sneeuw werd uitgeweken naar een hotel. De ‘caravan’ stond op de binnenplaats. In het hotel vonden ook de toespraakjes plaats, waarna de minister van volksgezondheid de officiële opening verrichtte. Deze ‘politieke betrokkenheid’ is heel belangrijk voor de tuberculosebestrijding. En dat geldt ook voor media-aandacht. Ook dat hadden onze Roemeense collega’s goed georganiseerd. De opening haalde het achtuurjournaal van de Roemeense televisie. 
M’n Engelse collega twitterde er ook aardig op los. Voor zo’n gelegenheid heel nuttig, hoewel ik verder nog weinig nut van twitter heb gezien. Maar er komt vast binnenkort weer iets nieuws. Meegaan in deze digitale revolutie is wel het credo!
De minister van volksgezondheid omringd door de media
Tweets van m'n Engelse collega



vrijdag 12 oktober 2018

Stupid

De taxicentrale in Roemenië werkt fantastisch. Je drukt op een knopje van een automaat op het vliegveld of in het hotel en een bonnetje komt eruit met het nummer van de taxi en het aantal minuten wachttijd. Meestal niet meer dan 3 of 5 minuten. Het Marius Nasta longziekenhuis had nu voor mij een taxi besteld via een app en binnen een paar minuten stond de taxi al op de binnenplaats. De stevige chauffeur, onderuit gezakt in z’n stoel, wees me naar de achterbank. De zender met klassieke muziek stond aan. “Hij luisterde altijd naar klassiek en zong soms in een kerkkoor”, vertelde hij. Het leek een rustige rit te worden. We draaiden de weg op. De personenauto voor ons, een thuisbezorger van wraps, reed niet binnen een paar seconden door, en mijn chauffeur begon te verzitten, mopperen en toeteren. “Stupid”, zei hij. Ik vertelde dat we in Nederland vooral fietsers en brommers hebben die de thuisbezorging doen. Een paar weken geleden reed een Domino Pizzakoerier nog tegen mijn auto in Enkhuizen. Er was geen schade. De 15-jarige scholier was met zijn hoofd ergens anders en stond nog na te trillen van de schrik. Mijn chauffeur was ondertussen alweer aan het toeteren omdat de auto voor hem het drukke kruispunt niet overstak. En toen dat wel gebeurde, wurmde hij zich er ook tussendoor en zette voor een paar honderd meter een spurt in, om vervolgens bij de verkeerslichten aan te sluiten in de rij wachtenden. “Everybody is stupid, the government is stupid, everybody is stupid”. Binnen no time klagen axichauffeurs over de government, een populair gespreksonderwerp. “68% van de Roemenen zijn stupid, hoeveel is dat in mijn land?”, vroeg hij. “Dat hangt er vanaf wat je definitie van stupid is”, zei ik. Hij draaide zich even om en keek me met een verbaasde blik aan. “Stupid is stupid”, zei hij. “Minder dan 1% van de Nederlanders”, probeerde ik maar. Nee dat kon niet zo laag zijn, 20% is al laag. “Nee”, zei ik, “misschien 2%, meer niet”. Hij geloofde me niet. Ik was een ‘patriot’. Geïrriteerd stond hij nu al een minuut in een rijtje te wachten omdat een auto linksaf wilde slaan en op het tegenliggende verkeer moest wachten. Hij rukte aan z’n stuur, naar rechts, en duwde z’n auto voor de andere in de baan naast ons. “Stupid, stupid!” zei hij. De grote BMW naast ons had het raampje open en er kwam harde muziek uit. “Gipsy, zei hij, “stupid”. Nee, in Nederland moesten we toch veel meer stupid mensen hebben vanwege de ‘ausländer’, de buitenlanders. “Dat kan", zei ik "misschien uit Roemenië”. “Yes, we export gipsy’s. All over the world”. Volgens hem zijn de ‘zigeuners’ ooit als slaven vanuit India naar Roemenië gehaald. Het zou kunnen. Ik doe maar geen fact check. We stonden inmiddels voor het hotel. De meter gaf nog net geen 15 lei aan. Drie euro voor een amusante rit van 6 km door Boekarest. Vergeten te vragen of hij bij de 68% stupid Roemenen behoort. 

zondag 2 september 2018

Verrassend China

Jining Railway Station
Het leek wel of we in het kindertv-programma Zigzag terecht waren gekomen. Onze kinderen keken er vroeger naar. Een rood en blauw team, ieder bestaande uit twee kinderen, moest zo snel mogelijk opdrachten uitvoeren. Onze eerste opdracht was in Jining. In de beschrijving van Mevo Reizen stond dat we hier de Trans-Mongolië express moesten verlaten en dat onze treintickets naar Datong in het Bei Guo Hotel klaar lagen. Een foto van het hotel, dat naast het station ligt, stond in de reisbeschrijving. Slechts twee andere toeristen stapten in Jining uit: het andere ‘team’, een Nederlands stel eveneens op reis via Mevo. 
De tickets werden overhandigd door de receptioniste, maar op de vraag waar we geld konden wisselen, werd duidelijk dat ze geen woord Engels verstond en het woord bank niet begreep. Zelf dus op zoek en bij de vierde bank hadden we succes en kwam er een pakketje RMB (yuans) uit de automaat; biljetten waar nog steeds het hoofd van Mao Zedong op prijkt. Met dit geld konden we aan de derde ‘opdracht’ beginnen: een ontbijt scoren. 
Gelukkig hebben restaurants hier een plaatjesmenu. We kozen een noodle soep en gebakken rijst, en daarmee begon ook het Chinees eetavontuur. In Datong kregen we van de lokale reisagent de treinkaartjes naar Xi’an en van Xi’an naar Beijing, dus dat was makkelijk. Met het andere team spraken we om 6 uur af in een Hot Pot restaurant in de binnenstad. Vijf voor 6 stapten we binnen. Het andere team was er al. Met de Chinese vertaal-app kozen we dun gesneden vleessoorten en groenten, die we in de paddenstoelenbouillon kookten. Culinaire belevenissen, die zich de volgende dagen in andere restaurants herhaalden. Michelin mag wel wat sterren uitdelen; een genot om hier te dineren. De prijs meestal zo’n 50-60 euro, voor 4 personen.
Hot Pot
Kok die een 10-gangenmenu op de plaat voor ons maakte
Peking eend wordt gefileerd aan tafel
Dumplings
China moderniseert in rap tempo. De burgemeester van Datong wil de stad met 1,5 miljoen inwoners aantrekkelijk maken voor toeristen. In de buurt van Datong liggen de Yungang grotten met oude boeddhabeelden en een tempel die tegen een berg aan hangt. Interessante attracties. In de stad heeft men een 7 km lange stadsmuur gebouwd met daarbinnen oude huizen en tempels. De replica’s zijn bijna echt. Het trekt al veel toeristen; meer dan vijfennegentig procent uit China. De hogesnelheidslijn die tussen Beijing en Datong wordt aangelegd zal nog veel meer drukte geven. 
Team blauw en rood op de fiets over de stadsmuur van Datong
Yungang grotten
Hangende tempels
Mijn beeldvorming van China en Chinezen is sterk bijgesteld. Niet de grauwe kleurloze mensen, maar vrolijke gekleurde Chinezen, die er met hun gezinnen eropuit trekken en volop genieten. Wij trekken met onze krullen en blonde haren (het andere team) ook veel bekijks en worden als George Clooney of Madonna aangestaard, soms stiekem op de foto gezet. Maar meestal vraagt men of we even met hem of haar willen poseren, via gebaren, maar ook via hun Chinese vertaal-app: “Can I have a picture with you?” Het andere (vrouwelijke) teamlid scoorde de meeste punten en moest vaak met een Chinese vrouw op de foto. Ik was een goede tweede, en viel bij de oudere mannen in de smaak.
Deze hele groep wilde graag met ons op de foto
De laatste 'opdracht' van het reisbureau was een ingewikkelde: zoek het hostel zonder dat we een Chinese tekst van het hotel of de locatie hadden in Xi'an. Elke Chinees heeft een telefoon en een vertaal-app!
met een Chinese 'Google Maps'
Gevonden!
720.000 mensen werden levend begraven toen de eerste keizer Qin in 210 v. Chr. overleed en werd bijgezet. De technologie is nog niet zover dat men het graf van Qin kan openen, omdat er teveel lijken zijn en de lijkenlucht te sterk is.... Onze gids vertelde dit verhaal zelfs vijf keer. 
Winnie the Poeh-films zijn in China verboden, vanwege de gelijkenis met president Xi Jinping....
Google, Gmail, Whatsapp en nog veel meer apps en internetapplicaties worden door de Chinese overheid geblokkeerd, zodat ik fact checken pas thuis kon doen. Het waren 720.000 mensen die aan het immense leger werkten die de wacht moest houden voor de overleden keizer. Manshoge beelden gemaakt van klei: het Terracottaleger. 8000 figuren in totaal. In 1974 stuitte boer Yang tijdens het graven van een put op de beelden. Nu runt hij een restaurant waar ook wij naar toe werden geloodst. Je mag met hem op de foto als je z’n boek koopt. Maar of dit de echte boer Yang is, in een land met zoveel replica's en bijzondere verhalen is de vraag.
Het Terracottaleger in Xián
Beijing is een interessante stad met veel topattracties. We hadden ons hostel in een traditionele wijk. Kleine straatjes (hutongs) met daarachter ‘court yards’. Er zijn nog duizend van deze hutongs. Uiteraard is er ook heel veel nieuw- en hoogbouw in Beijing om de 23 miljoen inwoners (!) te huisvesten. Steden worden in China geheel opnieuw ingericht. Veel groen en brede straten. En allemaal heel schoon. Elke straat heeft wel een paar straatvegers, die de blaadjes van de bomen en papiertjes opvegen.
Oudere vrouwen op een bankje in een hutong

Na het bezoek aan Lenin leek me een bezoekje aan Mao’s rustplaats een goede afsluiting van onze reis. Helaas kon het niet doorgaan omdat de Afrikaanse leiders door de Chinese overheid waren uitgenodigd voor een China-Afrika top. Zij gingen waarschijnlijk ook bij de Chinese opperleider langs. De slogan van de top: Common development and shared prosperity! China is volop bezig z’n invloedssfeer te vergroten. 
Ik ben onder de indruk van het China anno 2018. Een prettig land om nog eens langer te bezoeken. 
The Great Wall

De Verboden Stad

Chinese thee
We werden op Schiphol onthaald!

dinsdag 21 augustus 2018

In een ger op de Mongoolse steppe

Ons eerste 'tentenkamp' (San)
Onze reisagent had al verteld dat we de rivier alleen konden oversteken als er niet te veel regen was gevallen. ‘s Nachts onweerde het en kletterde de regen neer op onze ‘ger’. De volgende dag was onze trip in het Terelj National Park in Mongolië, waar we twee nachten bij een nomadenfamilie zouden slapen. De rivier bleek een hindernis. De afstand was slechts 25 meter, maar het water stroomde hard. Een truck kwam van de overkant en reed met enige moeite door het water naar onze kant. Paardrijders lieten hun paarden naar de overkant gaan. De paarden verdwenen tot hun buik in het water. 

Onze chauffeur waagde het er op, maar de motor sloeg midden in de rivier af. Hij probeerde nog een tijdje de auto te starten, maar er kwam alleen maar geklik uit de motor. Ik had te laat door hoe snel het water de auto binnenstroomde en zag m’n enkels ineens in het water staan. De chauffeur stapte uit en waadde terug naar de oever waar iemand al een stalen kabel aan het uitrollen was. Een jeep trok ons even later terug naar de oever. 
Met het openen van de deuren en de motorkap stroomde het water uit de auto. Ook nu gaf de motor geen sjoege. De starter van de auto bleek de overtocht niet te hebben overleefd. Gelukkig had de touroperator nog een andere auto aan de overkant en gingen we eerst achter op de truck naar de overkant, en reden in de nieuwe auto in een half uurtje naar de ger van onze gastfamilie. 
Een ger, in andere landen heet het een joert (yurt), is een ronde nomadentent met een diameter van zo’n 5-6 meter. De wanden bestaan uit schaarvormig scharnierende latten (soort kindertraphekje), met daarop als een paraplu tientallen dakstokken waarover het wollen viltdoek ligt. In de kruin een opening voor daglicht afgedekt met plastic. In het midden een houtkachel met een schoorsteen die door de kruin steekt. Aan de zijkanten banken, kasten en mooie hutkoffers voor opslag. De kachel is het centrale punt en brandt de hele dag. De melk wordt er twee keer per dag gekookt. In de ochtend worden er platte broden gefrituurd, 's middags en 's avonds maaltijden gekookt.
Onze nomadenfamilie, een echtpaar van 50 jaar, woont al hun hele leven op de steppe. Hun vier kinderen wonen in de hoofdstad Ulaanbaatar en zullen het bedrijf met 800 stuks vee (10 melkkoeien met kalfjes, 10 paarden, en heel veel geiten en schapen) niet overnemen. Drie kleinkinderen logeren nu bij opa en oma. Onze gids vertelt over de mooie herinneringen die zij heeft van de logeerpartijen bij haar opa en oma die ook in een ger woonden. 

Met opa op de brommer
Groepsfoto bij vertrek met gastfamilie en gids
Over twee weken breekt de familie het zomerkamp op. Het vee wordt dan met een tussenstop van twee maanden over een afstand van 2x4 uur reizen verplaatst. Tijdens die twee maanden wordt gras gemaaid, gedroogd en als hooi meegenomen naar het winterverblijf, waar het vee in een kraal of in stallen verblijft. In de winter daalt de temperatuur tot minus 20-30 graden. In mei is de sneeuw gesmolten en begint het gras te groeien en verhuist het gezin weer naar de open steppe. Het is een hard bestaan dat aan de mensen is af te zien. “Ik zie er veel ouder uit dan 50”, zegt de vrouw, als we het over onze leeftijden hebben. De hoeveelheid dierlijk eiwit die geconsumeerd wordt, lijkt me ook niet gezond. Verse room op het brood, veel melk, kaas en vlees, bijna geen groenten of fruit. Het gezin was ook druk bezig met het aanleggen van een voorraad wodka voor de winter, gedestilleerd uit.... melk.
Elke dag liters melk koken

Vodka uit wei van de melk

Samen met de buurman paarden binnenhalen



Toevallige ontmoeting met een recreërende familie
90 jaar en nog zeer vitaal