zondag 1 november 2015

Op de terugweg, Cuba-Madrid

Het is frisjes in Madrid. Heel anders dan drie weken geleden. Een gebroken nacht in het vliegtuig kan ik even verwerken met een steak, een glas vino tiento in een leuk alternatief café (La Realidad) met versleten clubs en bankjes. Als je ooit in Madrid bent een aanrader om even weg te zijn van de grote winkelstraten. Het ligt in de buurt van metro Tribunal, bij Plaza de Europa. Vannacht om 23:30 uur Cubaanse tijd vertrokken. De raampjes bleven lang dicht om iedereen wat slaap te geven, want het werd al snel licht. Ik moest ruim 6 uur wachten voordat mijn vliegtuig naar Amsterdam vertrekt. Mijn koffer was al doorgezet. Ondertussen ken ik het vervoer en de stad een beetje, dus aangenaam om nog even in het centrum van Madrid te zijn.
Diaquiri in El Floridita, Habana
De Cuba-reis is voorbij. Het land met 1000 km kust aan de Atlantische Oceaan en ook 1000 km aan de Caribische Zee is te groot om in een paar weken te zien. De laatste twee dagen was ik in Varadero. Ik had verschillende verhalen gehoord, van het mooiste strand dat er bestaat tot heel erg toeristisch. Lufthansa vliegt rechtstreeks op Varadero, dat op 140 km van Habana ligt. Het is een smalle landtong van 20 km lang en maar een paar 100 meter breed. Op het eind liggen de prijzige grote toeristenhotels. Voor minder dan 100 euro kom je niet binnen. All-inclusive. Ook al zoiets ongemakkelijks. Ik zag een paar mensen met een gekleurd polsbandje over het strand lopen. Gelukkig boekte mijn casa particulare eigenares in Matanzas een casa bij een familielid aan het begin van de strook, waar voornamelijk Cubanen komen. Vanaf de deur was het 75 stappen tot aan het witte strand en dan nog 50 stappen tot de blauwe zee. De zee is nog lang ondiep en kleurt pas 1 tot 2 km verder donkerblauw. Inderdaad een wit strand, maar ook de zeebodem bestaat uit ribbelig zand. Geen vervelende steentjes waar je je voeten aan open haalt. Een paar keer zag ik een visje wegzwemmen. Een mooi slotstuk van mijn trip. Meer had ik niet nodig. Het kleine zwembad/whirlpool was heerlijk om ’s avonds m’n laatste meegebrachte boek uit te lezen.

Donderdag gaf ik mijn voordracht in het Spaans. Een half uur lang, vanaf papier voorgelezen. De print moest nog even door de matrixprinter van de rector. Ik struikelde wel een paar keer over noventa (90) en novecientos (900), maar dat maakte niet uit. Daarna een levendige discussie. De meeste vragen kon ik ook in het Spaans beantwoorden. Het was goed om in het Spaans te spreken, want de meeste toehoorders spraken maar heel matig tot geen Engels. Mijn gastheer wil het verhaal omwerken tot een artikel in het Cubaanse Tijdschrift voor Geneeskunde. Dat zal wel grappig zijn, een leuke ‘collector item’. Een van mijn artikelen is ooit in het Chinees vertaald en er is ook al eens een verhaal over een tbc-cursus die ik vorig jaar in Amsterdam organiseerde in een Wit-Russisch tijdschrift verschenen.
TB Workshops Cubaanse dokters, onder toeziend ogen van Fidel
 

Tja, en ook de zes weken sabbatical zitten erop. Door met de Spaanse taal in klasjes bezig te zijn, ben je even helemaal niet de persoon in je normale omgeving. Het heeft me ook helemaal los gemaakt van m’n werk. De laatste weken niet meer in m’n werkmail gekeken en doe dat tot maandagochtend ook niet. Het bevalt me wel goed om eens in de 5-6 jaar die rust te nemen en me weer op te laden. Over 5 jaar weer!

Naschrift
Terug in Nederland is me vaak gevraagd wat me het meeste opviel in Cuba. Dat is eigenlijk de afwezigheid van reclame, langs de weg, in kranten, etc. Wat een rust om niet overal geprikkeld te worden om meer te consumeren. Is meer echt nodig? 
Oké, je moet in Cuba dan wel de patriottische borden accepteren: ¡Patria o muerte. Venceremos! ¡Hasta la victoria. Siempre!