Wij zijn nu al bijna 2 maanden in Ghana en krijgen wat idee van het
leven hier. Wat vooral opvalt, is dat we veel vergelijkingen maken met Zambia.
Het zal wel even duren voordat dit referentiekader wegvalt en werkelijk plaatsmaakt
voor Ghana.
In Zambia vond ik de mensen zo gelaten. Alles, en dan vooral de
problemen kwam over hen heen en men gaf mij daar het gevoel dat men er niets
aan kon doen. Ghana is anders. Het bruist hier van de activiteiten. Niet alleen
op economisch gebied, maar ook cultureel, sociaal leeft het hier veel meer. Ook
op gezondheidsgebied is dat erg stimulerend. Zo worden hier dorps-gezondheidswerkers
getraind die in de dorpen kleine kliniekjes runnen, en daarnaast ook preventief
bezig zijn. Een groot deel van mijn werk zal zich concentreren rond een
UNICEF-programma, die dit systeem van basis-gezondheidszorg nieuw leven in
blaast. Deze structuren heeft men ook geprobeerd op te zetten in Zambia, maar
dit kwam totaal niet van de grond. Ik denk vooral door de bovenliggende
instelling. De molen draait hier wat sneller en soms hebben we ook wel een
beetje heimwee naar de relaxte sfeer in Zambia.
In de grote steden is het een aaneensluitende rij van winkeltjes. Wij
zijn in Accra en Kumasi, de twee grote steden geweest. Grote supermarkten kom
je er bijna niet tegen. Je vindt er straten waar men alleen maar elektronica
verkoopt, verderop rijen kledingzaakjes. Het maakt het winkelen vaak wel
makkelijk, omdat je zo weet waar je moet zijn. Ook vind je hele gespeciali-seerde
winkeltjes. Zo zag ik in Accra een centrum voor boutjes en moertjes. Ik ben
helaas niet naar binnen geweest. Ook probeert men vaak een strategi-sche
positie in te nemen. Direct naast het grote ziekenhuis in Accra, Korle Bu
Hospital, worden de lijkkisten gemaakt en verkocht (‘Coffin market’). Voor een
westerling misschien indiscreet, maar hier misschien veel meer in goede
harmonie... Bij de verkeerslichten is het ook altijd een druk handelen. ‘s
Ochtends worden er de kranten verkocht, ‘s middags zakjes ijswater en koekjes
voor de uitgedroogde automobilist, die ook hier in de file staat. Daarnaast
worden ook allerlei luxe artikelen zo aan de man gebracht. Ook in Foso zijn
honderden winkeltjes. Bijna bij elk huis wordt wel het een of ander (veel
hetzelfde) verhandeld. Op deze manier weet men vaak een klein dagsalarisje van
2 of 3 duizend cedi's bij elkaar te sprokkelen, wat omgere-kend nog geen tientje
is. Dit is vaak een noodzakelijke aanvulling op de inkomsten in natura die men
van een farm/tuin heeft.
Bij ons uitstapje naar Kumasi hebben we een bezoek aan de dierentuin
gebracht. Twee leeuwen, een luipaard, apen, schildpadden, slangen en veel
vogels waren hier bij elkaar gebracht. Een lekkere wandeling, en vooral Koen
genoot erg van de apen. Grote verbazing bij ons over de plek waar ooit een
olifantje gehouden werd. Het olifantje was dood en een deel van z’n huid + oren
stond als een vogelverschrikker opgesteld in zijn oude kooi.
Een stampende olifant zie je bijna in elk
dorp op reclameborden voor politieke partijen staan. Dit is het symbool van de
oppositie partij, New Patriotic Party. Deze partij heeft zijn meeste aanhang
onder de bevolking in het Westen van Ghana, dus ook in Assin Foso. Bij de presidentsverkiezin-gen
van vorig jaar ging echter de meerderheid onder de paraplu staan, het symbool
van de National Democratic Congress, de partij van Jerry Rawlings. Het is wel
opvallend dat er in elk dorp naast deze beide partijen vaak ook nog andere
partijen een kantoor hebben. Een ander opvallend verschijnsel langs de weg is
het transport van boomstammen. Het tropisch regenwoud zie je zo letterlijk
verdwijnen. Elk uur rijden hier zo ongeveer 5-10 trucks door Foso. Meestal zijn
de opleggers geladen met drie grote boomstammen, soms maar een. Laatst heb ik
eens naast zo'n grote boom-stam gestaan en kwam de diameter overeen met mijn
lengte. Eeuwenoude bomen verdwijnen zo, maar aan de andere kant ook wel
begrijpelijk. Hout is een belangrijk exportartikel geworden. Bovendien komt
grond vrij voor landbewerking.
Mijn eerste bezoek aan de Nederlandse Ambassade was een teleurstelling.
Gewend aan het stukje Nederland in Lusaka, was dit in Accra wel anders. Ik kwam
bij het bezoek nog een andere Nederlander tegen, ook een bezoeker. Verder was
er een lange rij Ghanezen die allen proberen een visum te krijgen. Op de grond
heb ik mijn aanmeldingsformulier ingevuld.
De papiermolen die we in Zambia hadden, is hier uitbesteed. Florence
vertelde in de vorige brief dat onze werkvergunningen alleen nog maar een
hamerstuk waren, dat is het nog steeds. Onze paspoorten hebben we de eerste
week afgegeven aan een non in Accra en die verlengt onze visa steeds. Verder kijken
we ernaar uit om onze bagage weer te zien. Een eerste kleine zending is onlangs
aangekomen. Alle 9 dozen waren opengemaakt en verschillende dingetjes
ontbraken. We wachten in spanning de grote vracht af. Ook kijken we ernaar uit
om in ons definitieve huis te gaan. Tot eind augustus verblijven we nog in een
kleine woning, met 3 kamers van 3,5 meter in het vierkant. Soms komen de muren
op ons af, en gaan we er een weekendje uit, zoals afgelopen weekend. we hebben
twee dagen in een hotel in Elmina doorgebracht, aan een palmstrand. Het weer is
deze tijd van het jaar niet zo geweldig (bewolkt, lichte regens, wel warm), dus
hebben we oude forten langs de kust bezocht. Ook hier hebben de Nederlanders
een dubieuze rol gespeeld. Boven de ingang van het Elmina fort, staat de
Nederlandse leeuw. In de 17e en 18e eeuw zijn hier miljoenen slaven weggevoerd.
In een volgende brief zal ik wat meer vertellen over m’n werk, waar ik
nu langzaam in groei. Ton, die ik ga opvolgen, vertrekt eind van de maand en
dat betekent dat er een lange inwerkperiode is. Deze overdracht is erg
belangrijk voor de continuïteit van de werkzaamheden, maar soms geeft het je
ook wel het gevoel een toeschouwer te zijn.
Met Ton deed ik op een ochtend de ronde door het ziekenhuis toen
Florence een brief kwam brengen. De brief was per expresspost verstuurd en
kondigde het bezoek aan van twee Memisa-mensen op vrijdag, met tegelijk de
vraag een programma voor die dag in elkaar te zetten. De brief had er vier
dagen over gedaan en het was inmiddels al vrijdag. Wij vervolgden de ronde,
maar binnen 10 minuten stonden de twee Memisa-afgevaardigden voor onze neus.
Gekleed in mooie Memisa t-shirtjes, waarop de slogan “Memisa maakt de wereld beter” gelukkig ontbrak. Dat zou hier te
veel verwachtingen losgemaakt hebben. Hun missie was echter de komst van een
RTL-team eind augustus voor te bereiden. Men gaat in de 5 uur show korte
filmpjes uitzenden over Memisa-uitgezondenen, en wil daarmee het tropenwerk
meer (positieve) bekendheid geven. Dit is zeker geen oproep om nu de 5 uur show
dagelijks aan te zetten, of toch..., wordt vervolgd.
In juli is Koen ziek geweest. Hij kreeg een longontsteking en was een
aantal dagen flink ziek. Altijd een extra zorg als gespecialiseerde medische
zorg ver weg is of niet voor handen. Gelukkig knapte hij na de tweede
antibioticakuur goed op. Zijn verjaardag op 21 juli en ook die van Florence
hebben we klein gevierd. Verjaardagen
worden hier sowieso niet echt gevierd. De vele verjaardagskaarten, die ook nu
nog binnen komen, geven veel gezelligheid aan de huiskamer.
Douwe heeft al veel vriendjes. Soms lijkt het wel een kinderklasje als
de buurkinderen hier spelen. Ook de kinderen van 10 jaar kunnen zich prima
vermaken met de puzzels en raceautootjes van Douwe. Zijn taal begint nu ook
meer te ontwikkelen, soms heel grappig. Als iets het niet doet of stopt dan
zegt Douwe dat “het batterijtje op is”,
bijv. als hij klaar is met plassen, of als het ophoudt met regenen. Als daarna
iets weer begint, dan is “het batterijtje
weer opgeladen”, zoals toen hij een tijdje diarree had. Ook komen de eerste
Twi en Engelse woorden in zijn taal. “How
are you? I'm fine, thank you”. Maar ook Okyena (tot morgen) en Kokoko
(klopklop). We zullen onze best moeten doen om het Twi ook snel onder controle
te krijgen, anders begrijpen we Douwe straks niet meer. Misschien loopt het ook
wel niet zo’n vaart en wordt hij juist onze Twi-leraar.