zaterdag 13 april 2024

Hardlopen in Paramaribo; recycling in Suriname

Het is al licht als ik wakker word. Vandaag geen werk, het is zaterdag. Ik sta op en kijk uit het raam. Het regent niet. De straat is wel nat, maar zo op het oog zijn er geen grote plassen. Ik waag het erop, neem een paar slokken water en trek m’n hardloopschoenen aan. Mijn appartement is aan de Prins Hendrikstraat. Deze straat uitrennend kom ik via de Verlengde Mahonylaan op de Tourtonnelaan. De groentemannen/vrouwen zijn al bezig om hun kraam voor een nieuwe dag klaar te maken. Ik sla links af de Schietbaanstraat in en ren tussen twee grote begraafplaatsen door, links de RK en rechts de Chinese. Nog één straat, de Kamponglaan, en ik ben bij het bos waar ik m’n rekoefeningen doe. Dit is m’n favoriete stukje: een zandpad, de Spathodelaan, door een dichtbegroeid bos met hoge bomen. Vorig jaar zag ik hier twee luiaards hoog in de bomen. Er zijn ongetwijfeld ook apen. Onderweg kom ik andere sporters tegen, vooral stevige wandelaar. Terug dezelfde weg. Een vrouw plukt laag bij de stam van een boom groene vruchten en doet ze in een teiltje. “Het zijn birambi”, zegt ze, “erg zuur” en biedt me er één aan. Ik sla het af, want heb geen zak om ze in te doen. Op het internet lees ik dat je er chutney van kan maken. Bij de Kamponglaan veegt een vrouw het terrein van haar warong schoon. Daarnaast ligt het voetbalveld van SV Puna Nani, met een mooie tribune. Het veld is erg drassig na drie dagen stevige regens, maar er wordt vandaag en morgen gewoon gevoetbald. Op de Schietbaanstraat houdt een man een kooitje vast met een vogel. Het is een rowtie. ’s Ochtends laten mannen deze zangvogels uit of gaan naar een wedstrijd. Maar ik hoor alleen de grietjebies ‘grietjebie’ roepen. Het geeft me altijd weer een fijn Surinamegevoel. Het laatste stukje ren ik weer. Na een uur ben ik thuis. Het is 27 graden buiten, binnen zet ik de airco aan. De cooling down kan beginnen.

De pont naar de overkant van de Surinamerivier is er al lang niet meer. Nu één van de 'no go'-plekken.

De drie weken zitten erop. Enerverend als altijd. Druk ook. Deze keer ondersteunde ik onder andere een tbc-screening bij drugsgebruikers. ‘No go’-plekken, maar met een goede voorbereiding en de juist contacten is het okay om daar een uurtje te zijn. Wel schokkend om te zien hoe mensen (over)leven. Het broodje en drankje als ‘tegenprestatie’ voor de screening werd gretig afgenomen.

Donderdag vroeg de verpleegkundige of ik meewilde naar ‘de patiënt die op de vuilnishoop leeft’. Deze man en zijn zoon hebben een huis, volgens de chauffeur een krot, dichtbij de vuilnishoop betrokken. Rondom hun huis ligt het afval waar zij de metalen uit halen of al uit hebben gehaald. Hij vertelde ons de kiloprijzen voor ijzer, aluminium, oranje en rode koper. Rode koper levert het meest op 158 SRD (bijna 5 euro) per kilo op. Circulaire bedrijfsvoering in Suriname. Maar er was eigenlijk geen scheiding meer tussen de vuilnis om zijn huis en in zijn huis. Een Engelse collega verweet de tbc-bestrijders eens, dat we mensen uit de goot halen, ze van tbc genezen en ze weer terug dumpen in de goot. Patiënten met tbc hebben veel meer noden. Op de terugweg brainstormden we hoe deze vader en zoon geholpen kunnen worden om hun leven weer wat meer georganiseerd te krijgen. Het tbc-programma heeft daarvoor fondsen. Er zijn ook een aantal organisaties in Suriname die met dit soort problematiek werken. Ik ga de komende weken online opvolgen waar men op uitkomt. Dat moet uiteraard samen met de patiënt.


De benedenverdieping was de afgelopen drie weken mijn verblijf.

Brokopondo stuwmeer 

Het stuwmeer ontstond tussen 1961 en 1964 na de aanleg van de Afabaka dam in de Surinamerivier. Bewoners van 15 dorpen werden geresetteld, hun dorpen verdwenen onder water.

En dan slaat het weer om. De grote regentijd is begonnen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten