De volgende ochtend om
half 8 vertrokken. Voor een huisje zat een oude vrouw ("op sterven na
dood"), heel mager. Verder een vrouw met struma. De kippetjes liepen rond
het huis. We vertrokken.
De rit verliep vrij
gemakkelijk. We hadden tegen de middag een uurtje pech. Jan en Herman beiden
flauwgevallen (hitte). Bij een riviertje konden we ons een beetje wassen. M'n
onderbroek zwom weg. Ook de bevolking was zich daar aan het wassen. Lekkere
bananen gekocht. In een ander dorpje gingen we water halen. Met Thea en Arne
werden we in een kafé op een mooie scène getrakteerd. Een man zat daar met een
antiloop. We konden die kopen, maar hadden geen belangstelling. We dronken het
lauwe bier. Zweten. Het zweet stroomde van m'n gezicht en m'n lichaam. Arne zei
dat ik een rustig type was en "geklommen" tijdens deze reis. Thea en
ik deden ons voor als getrouwd paar. De rust daar was snel verstoord toen Jan
ons kwam uitschelden en we weer vertrekken moesten. Voorin de wagen zaten we
met een grote zak pinda's. Het warme bier had ons een beetje teut gemaakt.
's Middags kwamen we
in de hoofdstad Ydé of Yaoundé. Een mooie plaats met mooie huizen. Gelukkig
niet zo dicht op elkaar. Een paar mensen gingen alvast naar het postkantoor. We
reden voor de vierde keer naar een Novotel. Deze staat boven op een berg met
een mooi uitzicht over de stad. Het onweerde en weerlichtte 's avonds. De regen
zette gelukkig niet door.
Overdag was er wel een
beetje regen geweest. Voor het eerst sinds maanden. Veel gingen in het hotel
slapen en een paar in de stad. Met de overblijvers aten we hutspot en ragout.
Met Hans en Karin praatte ik nog wat over deze reis. De problemen van Pieter hoorden we aan.
12 uur klom ik boven
op de wagen en 's nachts heerlijk geslapen op het dak, net een hangmatje.
's Ochtends zou ik
gaan baden in het hotel. Het kostte moeite om het vuil los te laten. Hamdou en
Thea kwamen niet opdagen en dus ging ik met anderen de stad in.
Bij het CNR gebouw gaven we aan de direkteur Adolf of Alfons brieven af, die met de koerier van de Nederlandse ambassade mee gingen. Op het postkantoor kreeg ik 5 brieven. Ik schrok wel even toen ik las dat Bernard z'n been gebroken had. Ik had snel wat kaarten gekocht en schreef Bernard een briefje met beterschap terug.
Bij het CNR gebouw gaven we aan de direkteur Adolf of Alfons brieven af, die met de koerier van de Nederlandse ambassade mee gingen. Op het postkantoor kreeg ik 5 brieven. Ik schrok wel even toen ik las dat Bernard z'n been gebroken had. Ik had snel wat kaarten gekocht en schreef Bernard een briefje met beterschap terug.
Karin M en Ida waren
naar een kapper geweest. Ze zagen er Afrikaans uit. Het stond Karin het
mooiste. Met de andere Karin ging ik de stad in. Ze werd door mannen aan alle
kanten aangesproken. In een groot winkelcentrum Hollande spraken we een paar
uur over de groepsreis en hoe we het ervaren hadden. Ook over de markt
gelopen, waar weer volop groente en fruit te koop was.
Op het postkantoor
kreeg ik nog een keer drie brieven. Onderweg was ik wat duizelig geworden.
Bijna niet gegeten en weinig zout. Een broodje vlees en ik knapte weer op. We
dronken nog een Guinness en met een taxi gingen we terug. Karin haalde me over
om in het hotel wat te gaan drinken. Daar hoorden we de belevenissen van Jan en
Hans. In het hotel speelde
een steelbandje, kikkers kwaakten...
Eerst een bad genomen
in de hotelkamer van Hamdou. Smerig. Ook Toos en Karin kwamen zich douchen. We
aten wat erover was van het ontbijt: ham, ei, broodjes, en bestelden koffie en thee.
Ook Hans kwam zich nog baden. Corina lag in het zwembad. Om 11 uur gingen we
weg. We moesten ook weg. De direkteur had ons gesommeerd.
Arne was nog steeds
niet terug en Hamdou had z'n visum nog niet geregeld, zodoende bleven we tot 5
uur nog in Yaoundé. Op het station informeerde ik naar het pakje met m'n fotorolletjes.
Na een drankje reden we dan weg.
Met z'n 13-en. Na een
kort ritje stopten we in een klein dorpje. Een missiepost, een dispensaire en
een kroeg. De dispensaire was gesloten, de missie ver weg, de
"oudjes" waren daar al, maar de kroeg was dichtbij, open en duister,
verlicht met een stormlantaarn. Met Thea daar een tijdje gezeten, tot we
geroepen werden voor de maaltijd. Aardappelpuree met uien, eieren en snijbonen.
Bij het kampvuurtje
met Johan gediskussiëerd over gevoelsmatig en rationeel. Later in de kroeg kwam
ik Jan en Thea tegen en we praatten een tijdje over de laatste avond.
Slapen
bij het kampvuur. Jan's slaapzak ging 's nachts fikken. Slechte nacht gehad.
M'n tenen een paar keer gestoten, tot bloedens toe.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten