woensdag 18 maart 1998

4. Een langzaam voorttuffend boemeltje naar Lusaka

De workshop in Livingstone zit erop en inmiddels een lange reis achter de rug naar Lusaka. De workshop was erg interessant. Het belangrijkste doel was om data transfer en presentatie te verbeteren. De 8 landen uit de East African Epidemiological Block waren voor deze workshop uitgenodigd: Eritrea, Ethiopie, Kenia, Tanzania, Uganda, Rwanda, Burundi en Zambia. Elke datamanager kreeg een nieuwe laptop computer met software (o.a. EPI Info en EPI Map). Hiermee hebben we mooie kaarten gemaakt met o.a. alle gevallen van kinderverlamming, tetanus bij pasgeborenen, mazelen en de verschillende coverage rates (het percentage kinderen gevaccineerd voor bepaalde ziekten). Als je eenmaal deze computervaardigheden en -programma’s hebt, is het maken van deze kaartjes een fluitje van een cent. De laatste dag kwamen de EPI (vaccinatie)-managers van de landen en hadden we een gezamenlijke sessie. Ons huisvlijt werd gepresenteerd en plannen voor AFP surveillance werden verder besproken.
AFP is de afkorting voor 'acute flaccid paralyis'. In goed Nederlands: acute slappeverlamming (in tegenstelling tot bijvoorbeeld spastische verlamminen). Naast poliomyelitis zijn er een aantal andere neurologische ziekten die deze (kinder)verlamming kunnen veroorzaken. Gemiddeld komt dit bij 1 op de 100.000 kinderen onder de 15 jaar voor. Als het surveillancesysteem goed zou werken dan zou Zambia ongeveer 50 gevallen van AFP per jaar moeten rapporteren. Als er een polio-epidemie uitbreekt dan stijgt dit aantal natuurlijk. In 1997 zijn slechts 7 gevallen van AFP gerapporteerd; geen gevallen van polio. Als je maar 10% van de 'verdachte polio' gevallen ziet, dan is er de kans dat je polio mist. Mijn taak is vooral om te helpen dit surveillancesysteem op te zetten, niet alleen voor polio maar ook voor andere ziekten, zoals mazelen en meningitis. Een aardige klus.
Bezoekje aan de Records Afdeling van Livingstone General Hospital
De WHO heeft in 1988 zich tot doel gesteld om polio uit te roeien in het jaar 2000. In Zuid- en Noord-Amerika is polio al sinds 1991 niet meer gezien. In China zijn de laatste twee jaar nog maar 4 gevallen voorgekomen. Ook in de Oost-Afrikaanse regio heeft men vorig jaar geen gevallen van polio meer vast kunnen stellen. Goede surveillance is echter cruciaal, want als je niet goed kijkt (onderzoekt en rapporteert), dan zie je het ook niet! Het hogere doel van dit programma is om uiteindelijk poliovaccinatie in de wereld te stoppen, als men een aantal jaren geen poliovirus meer heeft kunnen aantonen (met goede surveillance wereldwijd). Het zou de tweede ziekte zijn, na pokken, die op deze manier uitgeroeid wordt. Hopelijk lukt het….

Met Zambia Railways van Livingstone naar Lusaka, 17-18 maart 1998.
Dinsdagavond ben ik met de trein teruggegaan naar Lusaka. De anderen bleven nog voor een tweede vergadering. Ook hier heerst een workshop-cultuur vanwege de aantrekkelijke dagvergoedingen (per diem). Het treinreizen heb ik altijd erg fascinerend gevonden in Afrika. Dit was mijn 4de treinreis. De eerste was een 24-uur durende reis  in 1981 van Enugu naar Kano (Nigeria). In Zambia hadden we in 1989 een 36-urige reis van Mpika naar Dar es Salaam en voordat we in 1996 Ghana verlieten heb ik nog een nachtritje gedaan van Takoradi naar Obuasi. Deze trein (Zambia Railways) zou ’s avonds om half 7 vertrekken en de volgende ochtend om 5 uur in Lusaka aankomen. Ik had een “sleeper”, couchette, gereserveerd. Er werd omgeroepen dat de trein pas om 8 uur weg zou gaan vanwege een technisch defect met de diesellocomotief. Volgens een van de reizigers was dit een terugkerend probleem, "De treinen reden nooit op tijd". Om 8 uur werd de reis uitgesteld tot 10 uur, maar toen 2 uur later er nog geen beweging op het station was, werden een aantal mensen erg boos. Men ging te keer tegen de stationmanager en dit veroorzaakte grote opschudding op het station. Of dit hielp weet ik niet, maar een half uur later begon de locomotief rond te rijden om de wagons bij elkaar te zoeken. Net voor twaalven reden we weg. Het was een langzaam voorttuffend boemeltje, die vaak even moest stoppen, misschien voor een paar koeien of om wat water voor afkoeling te gebruiken. Volgens een van de passagiers was er op de heenreis brand in de machinekamer geweest. Ik deelde de coupĂ© met een Amerikaan die in Livingstone werkte voor een wildwatervaren company (rafting). Hij vertelde het verhaal dat twee maanden geleden een landgenoot uit de boot geslingerd was, z’n zwemvest niet had vastgemaakt en pas 4 dagen later was gevonden. Ik was blij dat ik de rustige tocht “upstream” had gedaan. Om 10 uur waren we dan toch in Lusaka, redelijk uitgerust. Zo snel mogelijk weg van het station, want dat staat bekend als een 'centrum van crime'. Er was geen escorte van politiemensen zoals de conducteur had voorgesteld; een taxi bracht me veilig terug naar Belvedere Lodge, waar ik weer m’n 'tijdelijk basis' kon inrichten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten