Het
onderkomen na de regenachtige wandeldag op 16/4 was in de herberg San Juan
Buatista van Grañon. Halverwege de stenen trap konden de modderige
wandelschoenen eindelijk uit. Ik zette mijn botas in een nis naast de andere
paar schoenen. De twee vrijwilligers van de herberg, hospitalleros,
verwelkomden me met een omhelzing. Carlos, de enige andere pelgrim, was net
bezig het haardvuur aan te maken. Aan deze brandweerman uit Burgos was dat wel
besteed. Een houten trapje bracht me naar de slaapzolder. Slaapmatjes en dekens
waren het enige comfort voor deze nacht. Een deur leidde naar de rest van de
toren. In de wasbak waste ik mijn sokken, onderbroeken en shirts en hing ze in
de open ramen van de toren. Het klapperende geluid aan de waslijn was een goed
voorteken dat het de volgende ochtend wel droog zou zijn.
|
Was te drogen in de kerktoren |
|
Avondeten in Granon |
|
Met Carlos, de brandweerman, aan het ontbijt |
´s Avonds aten we aan
een lange tafel de risotto, patatas fritas en vis. Aan tafel zaten ook 6 Belgen
en een Amerikaanse die inmiddels waren binnengekomen, nog een Spaanse
wandelaar, de twee hospitalleros (Maura uit Italië en Marina uit Spanje), de
jonge priester van de parochie en een Boliviaanse bouwvakker. De risotto was
van bijzondere kwaliteit, het recept ben ik onderweg weer kwijtgeraakt. De
prijs voor overnachting en eten werd bepaald door wat je wilt/kunt afstaan
(donativo). Ik voelde me een rijk mens en ging weer op pad.
Buen Camino!
In
Ledigos kookte ik gisteravond zelf het potje samen met Matti, een 65-jarige man
uit Finland. We komen elkaar al twee weken regelmatig op het pad en in de
herbergen tegen en ik nodigde hem uit om mee te eten/koken. Matti maakt een erg
gesloten indruk. Hij is nu in ´Ruhe Stand´, zoals hij zijn pensionering noemt.
Tot twee jaar geleden was hij priester/theoloog in de Lutherse kerk in Finland.
Hij vertelde dat hij gedacht hij veel in gedachten (Gedanken) bij zijn Heer te
zijn, maar realiseert dat het leven op de Camino vooral ook alledaags en basaal
is: een stapelbed zoeken, het gesnurk. En de volgende dag slaapzak oprollen,
rugzak pakken, desayuno scoren met een café solo en veel wandelen, stap voor
stap. De rust (Ruhe) in z´n hoofd zal hem goed doen. Je ziet deze Fin tijdens
de tocht langzaam ontdooien op de Spaanse hoogvlaktes. Hij heeft nog wel een
eindje te gaan.
Buen
Camino, Matti!
|
Met Matti, de twee Aussies Michele en Chris. |
Aan
de andere plastic tafel in de patio van de alberge deed Antonio zijn verhaal.
Negen jaar geleden crashte hij met z´n vrachtwagen op de Parijse rondweg. Hij
had z´n been en zijn ruggenwervels op verschillende plaatsen gebroken. Na acht
maanden verruilde hij het ziekenhuis voor een revalidatiekliniek. En een jaar
later kon hij weer een beetje lopen, hoewel zijn enkel na de 4e operatie was
vastgezet (arthrodese). In het revalidatiecentrum heeft hij zich voorgenomen om
naar Santiago te lopen. Hij strompelt, maar is al een end op weg.
Buen
Camino, Antonio!
|
Antonio in tranen bij aankomst in Santiago de Compostella |
Elke dag beleef je bijzondere momenten. Hele gewone, some hele bijzondere. De ontmoetingen op de Camino zijn dat ook. Martin Bril was goed om de dingen van de dag te beschrijven. Zijn columns waren vaak de enige die ik in de Volkskrant las. Soms las ik ze aan Florence voor. Ik had een bijzondere herkenning in zijn beschrijvingen van ontmoetingen, gebeurtenissen of omgevingen. Zo schreef hij over Harry Muskee (C&B), Corsica, zijn twee dochters die dezelfde leeftijd hebben als Douwe en Koen. En hij was onderweg om dit jaar (ook) 50 te worden. Ik zal tijdens mijn tocht een kaarsje voor hem branden.
Buen Camino, Martin!
|
Ermita Virgin del Fuente, onderweg naar Sahagún, waar ik dit verhaal over o.a. Martin Bril schreef. |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten