zaterdag 22 november 1980


Ik werd zieker en zieker, had hoofdpijn, een lopende neus en keelpijn. Vrijdags  ging ik met Jojo en Karin M alvast boodschappen doen voor de volgende dag. Brood, veel groenten gekocht en ook spul om wentelteefjes (?) te maken. 's Middags teruggegaan en na wat heen en weer gereis, foute buslijnen enzo was ik rond drie uur weer terug in de truuk. Nam wat in tegen de pijn en ben een paar uur in slaap gevallen. 's Avonds aten we rijst met kipfilet en groentes. Er werd ook veel gezongen. Een eigen lied werd gemaakt en coupletten verzonnen. Jojo speelde op de gitaar en had het allemaal ingezet:
"Weet je wie we zagen,
Herman met z'n wagen.
weet je wie zagen,
Herman met z'n kar."

Zaterdag was het grote vertrekdag en tegelijk een rampdag. Om half zes door Alouette gewekt. De tenten opgepakt en om zeven uur vertrokken. Nog wel snel wat thee en koffie gedronken, maar het ontbijt zou rijdend gedaan worden. We wilden wat opschieten om de warmte tegemoet te·gaan. Het noodlot sloeg toe. Door de regen was de truuk in de modder weggezakt en m.b.v. de stalen platen (voor de Sahara!) kwam de truuk weer los. Om negen uur reden we dan weg uit Siesta Fiorentina. Een half uur later opnieuw pech. De handrem van de trailer blokkeerde en liep warm. Een enorme stank. Men dacht het zelf te kunnen repareren, zodat langs de snelweg werd gesleuteld. De gevaren driehoek werd al heel snel kapotgereden, zodat wij het verkeer attendeerden op het gevaarte dat in een flauwe bocht op de vluchtstrook stond. Ook een Italiaanse wagen kwam in de vangrail terecht, omdat de bestuurster alleen aandacht had voor onze auto.
Na de nodige boterhammen en chocolademelk reden we dan eindelijk weer, op eigen kracht… naar de garage. De takelwagen die besteld was voor ons en een politiewagen die ook een "oogje" in het zeil wilde houden achter ons. Een van de carabinieri wou toch wel even in de truuk kijken. Wij heel braaf daar zitten en Jan vertelde hem dat alles prima in orde was en hij het beter door de vingers kon kijken. Ze deden hun ogen dicht. Wat het Jan kostte weet ik niet. We kregen ook journalistieke belangstelling en werden gefotografeerd voor een krant.
Bij de garage was het net siesta-tijd, zodat wij alvast wat voedsel konden kopen. Wortelen, uien, prei, aubergines en tomaten. Lekker! Na de afwas was het dan tijd om eindelijk te vertrekken. Vijf kilometer buiten Florence stonden we al weer stil. De koppelingsplaten waren kapot. Om 9 uur 's avonds werden we door een takelwagen naar een Pavesi (P-plaats) gesleept, wat onze standplaats voor de komende week zou blijven. De tenten op een klein stukje gras opgezet. Alouette sliep bij mij in de tent. Met de jeep werd drank aangevoerd en we waren ondanks alle tegenslag, vrolijk, tot dronken toe. Om twaalf uur in polonaise naar Corina gedansd. Zij werd net jarig. Het werd niet gewaardeerd. "Ik wil slapen", schreeuwde ze. "Daar moet op gedronken worden, hihaho."
In de groep waren de eerste week al aardig wat problemen geweest. Pieter had ruzie met Corina en wou vrijdags al weg. Bernard was het niet eens met Jan en vond dat hij te grote risiko's nam. Hij wou zondag weg. We bleven gelukkig kompleet. De truuk werd in reparatie gebracht, waardoor ook Bernard bleef.
Op de Pavesi, met Corina en Pieter op de voorgrond


Geen opmerkingen:

Een reactie posten