woensdag 31 december 1980

31 december. Om half 11 m'n bed uitgekomen. Ik was vandaag eerst heel inaktief. Eenmaal in het dorp ging ik weer snel terug. Ik kocht wat brood en koffie en ging naar het postkantoor. Daar lag het telegram uit Nederland. Het was 2 dagen onderweg geweest.

Rond 12 uur kwam ik op een marktje. Heel rustig. De zon scheen en ik ging ergens tegen een muurtje zitten. Een paar jongens hadden belangstelling voor m'n horloge. Ze wilden er wel 200 DA voor geven, maar ik wou het natuurlijk niet kwijt. Een jongen liep achter me aan en wilde me wat dingen laten zien. Eerst wees hij me l'Hospital daarna kwamen we in een tapijtenwinkel. Door de kleine straatjes liepen we verder en hij vertelde dat hij net benoemd was bij de politie op het vliegveld. Hij liet me z’n papieren zien. Hij heette Zaidi Khada. Er wonen hier 20.000 mensen en vroeger werd dit bevolkt door Berbers. 
We gingen naar een heuvel waar een oud kasteel stond. Immens groot stonden de ruïnes daar op de grot. Bovenop waren allerlei kleine huisjes, moskee, bron, etc. Het moeten echte holbewoners geweest zijn. Op een bord stond wat het precies geweest was. Vieux Ksar (Het Oude Kasteel). Waarschijnlijk gebouwd in de IXe of Xe eeuw door de Zenet-Berbers die in het ouwe Taourirt leefden, nu El Golea. Bovenop werd het politieburo uit lang vervlogen tijden herdacht met een gedenknaald. Het was zonnig en we gingen wat eten in de zon. Die gozer begon weer over m'n horloge te zeuren. Ik werd dat gezeur zat en begon me kwaad te maken. Hij ging er toen vandoor. 
Op deze berg kon je de vliegtuigen mooi zien landen. Verder een schitterend uitzicht over de gehele oase. Voorbij de palmbomen, scherp afgegrensd begint het zand en de rotsen. Op de terugweg naar beneden werd ik van alle kanten lastig gevallen door kleine kinderen. Over m'n horloge: "bonjour, donne ma l'argent, stylo, quelque chose". Ik zei dat ik niks had. Toen ik later weer rustig alleen liep, vond ik het wel wreed. Ik hier, met een eigen tent in een vreemd land, met allerlei Westerse en luxe spullen, terwijl men hier toch betrekkelijk weinig heeft. Van scheve verhoudingen gesproken...
De straatjes, vooral in de achterbuurten worden omgeven door 2-3 meter hoge muren. Ik ben net een muis in een doolhof. Bij een hotel ging ik nog een colaatje drinken. Op de kamping in de zon verder in Aad den Doolaards "Het land achter Gods rug" gelezen. Bij het kafé op de hoek ging ik koffie drinken. De jongen vertelde me dat er hier niets aan Nieuwjaar gedaan werd. In Tamanrasset is er feest van 2-9 januari, een soort nieuwjaarsfeest. Bij m'n tweede kopie koffie, kwam er iemand binnen met een glaasje, die hij vol liet gooien met thee. Toen hij weer weg was vertelde de jongen dat die man m' n koffie betaald had. Dus, zei ik, moet ik er nog een betalen. "Laat maar zitten, die betaal ik". Lachend ging ik weg. Ze zijn gek, dacht ik. Ik liep (alvast ) in de richting van In Salah. Ik voelde me helemaal niet vreemd en probeerde me toch een beetje in te denken dat ik hier in El Golea, Algerije, alleen rondloop. Na een half uur draaide ik om. Ik werd op straat aangesproken om ergens wat te gaan drinken. Ze hadden een fles wijn. Ik herinnerde me de woorden van Jan: "van wijn komt rottigheid in Moslimlanden" en bedankte.
Om 9 uur was ik terug. Wat me vandaag opviel was dat de mensen hier al veel donkerder zijn dan in het noorden. Veel negroide trekken. In kafés , restaurants en winkels werken veel kinderen.
Terug op de kamping kwam ik de jongen van het kafé tegen. Hij werkte ook op de kamping en bewaakte deze. Hij sliep in een klein huisje. Hij vertelde dat er ook Nederlanders waren gekomen. Waarschijnlijk slapen ze al. Verder staan er veel landrovers en een busje. Er staat ook een landrover met een air-tent er bovenop. Veel Italianen. Naast me staan Zwitsers. De hond snurkt. Om half 10 gaan de lichten uit. De tuinen en palmbomen zijn wel verlicht. Het deed me denken aan het winkelweek-gedoe in S'veen. Ik wil nog een dag en nacht in de woestijn doorbrengen, waarschijnlijk op weg naar In Salah.
Het is nu 31 december 1980, 11 uur 's avonds. Ik zit in m'n tent met een kaarsje en m' n rommel. Nog 5 sigaretten over. Met Ida een weddenschap om het nieuwe jaar goed te beginnen. Een etentje staat op het spel in een goedkoop restaurant. Heb goede moed. Veel gepraat en gelach van Italianen en Fransen. Gitaarmuziek van een Duitser. De wind waait hard en de bladeren vallen op m'n tent. Ik bedenk me net dat het in Nederland nu Nieuwjaar is en het vuurwerk losbarst. "Gelukkig Nieuwjaar voor jullie in Nederland". Ik wacht hier nog een uurtje.
Nog wat nagedacht over het afgelopen jaar; over m' n familie en het kontakt met hen. Over geloven; over m' n studie en de teleurstelling over m’n kandidaats in juni; over relaties. Een hoogtepunt waren de twee marathons die ik dit jaar liep, misschien voor herhaling vatbaar. Over deze reis, naar Tamanrasset en dan met de groep naar Kameroen, om daar een indruk te krijgen van het ontwikkelingswerk.
11.59 uur; 30 , 20 , 10 , 5 , 4 , 3 , 2 , 1. Bonne Année

dinsdag 30 december 1980

Vandaag om kwart voor 5 door Herman gewekt. Hij wilde naar de politie gaan en met z'n nachtkijker bij het hotel gaan staan. Als hij hem zou zien, zou hij Willem klem rijden. Wij probeerden hem dat een beetje uit zijn hoofd te praten. John ging niet mee. Herman zei tegen mij: "Oh, ben je Bernard niet" en riep Bernard. Zonder ook nog wat te zeggen, ging hij met Bernard en Hans in de truuk weg. Om 6 uur waren ze even terug, maar gingen direkt weer weg. John zou namelijk om 6 uur opgehaald worden door een Fransman, die met twee Peugeots naar Togo zou gaan. John stapte ook definitief uit. Om kwart over 6 werd John opgepikt door een rode, volgeladen Peugeot. Willem die eerst ook deze trip had willen maken, bleef ergens in de buurt hangen.
Ik sliep daarna nog tot 10 uur en Herman, Bernard, Hans en Alouette waren nu weer weggegaan. Bij de politie hadden ze een aangifte in 8-voud gedaan, een rolfilm laten ontwikkelen, waar Willem opstond. Het wordt nu helemaal in de krirninele hoek geduwd. Ik bemoei me er al lang niet meer mee. Zij hebben er wel lol in zo te zien.

Ik maakte me reisvaardig, regelde nog wat dingen met Pieter over een telegram en m'n brieven. Hij zorgde ook dat ik nog wat dingen en eten meekreeg. Bij onze vriend Kechar kreeg ik nog wat eten. Couscous gegeten in z'n tuin samen met hem en Johan. Om 2 uur vertrok ik en kreeg van een man die bij de bus een motor wou verkopen een lift naar de rotonde.

Het begin van een nieuw avontuur. Al snel kreeg ik een lift naar de afslag El Golea, 30 km verder. In deze dessert een half uur gestaan. Er passeerden 4 auto's. Tegen vieren werd ik meegenomen door twee Fransen in een Fiat. De ene heel lang, de andere kaal. Ze gingen naar Opper-Volta en hadden ook pech gehad, in Marokko, wat hen 10 dagen kostte. Nu kwamen ze uit Noord-Algerije waar nog sneeuw lag. Ik voelde me helemaal niet gek in die auto en moest me echt gaan indenken dat ik ver van huis in Afrika, bij vreemden in een auto zat. Op de weg waren stukken hard zand en dat gaf 1x moeilijkheden, waarbij ze beiden het stuur vast moesten houden. Het landschap was mooi. Mooie bergen met veel rosten, afgewisseld door zandvlaktes. Weinig verkeer op deze wegen. Het ging snel, 120 km/u, toen het donker was naar 80 km/u. Om half 7, na 240 km, waren we in El Golea. In een restaurantje aten we gebakken aardappels met sla en een stuk vlees (biefstuk!). Goedkoop. Café noir, cigarettes demain. Bij de kamping zetten ze me er uit. Eerst zou er nog een in m'n tent slapen, maar ik denk dat ze doorgereden zijn.
M'n tent opgezet en met een Franse jongen en meisje wat gepraat. Tamanrasset was in ieder geval mooi, maar duur. In m'n eigen tentje, wat een vertrouwde indruk geeft me dat, m'n huis. Wat een luxe trouwens weer: echte toiletten en douches, kranen en spiegels. Nou zie ik wat ik de afgelopen weken van me afgegooid had en kon niet zeggen dat het moeilijk was. Aan deze luxe zul je trouwens ook weer snel wennen. Bah!

maandag 29 december 1980

Vandaag 29 december. Een gillende Mieke kwam ons om 7 uur wekken. Ze zei niet wat er aan de hand was, maar we moesten maar naar de bus gaan. Willem bleek er met de landrover vandoor te zijn. Jojo was al wat eerder weggegaan. Herman las de brief van Willem, aan hem gericht, voor. Hij chanteerde de boel. In Italië had hij aan Herman namelijk zo'n 1300 gulden geleend. Vanavond moest John naar een of ander kruispunt komen met dit geld. Herman had geen buitenlandse valuta en Willem schreef dat wij ons zwart geld maar bij elkaar moesten leggen. Met ons zwart geld kwamen we niet bij dit bedrag, als we het al van plan waren... Verder werd hij ziek van de kleinzieligheid in de groep en vond hij dat hij de enige harde werker in de groep was. Er werd druk gediskussieerd. Wel of geen politie erbij halen. Herman besloot om er geen politie bij te halen en het intern op te lossen. Nu blijkt dat hij de politie alsnog ingeschakeld heeft, hou ik me er buiten.
Met Corina en Toos naar de timmerman gegaan. Thee gedronken en dadels gekregen. Z'n broer was er ook en studeerde in Oran medicijnen. We praatten over hun problemen van emigratie, de oorlog met Marokko (de steun aan Polisario en Mauritanië), Chadli, de nieuwe president meer westers georiënteerd, medicijnen, de vele buitenlandse profs uit Oost-Europa. Ook over hun moeilijkheden om in Nederland te komen, visa enz., waarbij ze een 'invitatie' moeten laten zien. We werden teruggebracht.
Tussen de middag weer verder gekwebbeld. Ze hadden Willem en Jojo in Ghardaia gezien. Bernard aangepakt over zijn plannen de jeep terug te stelen. Ik word daar zo opgefokt van. M'n was gedaan en zo meteen zal ik proberen m'n whisky te verkopen. Morgen wil ik absoluut hier weg, naar El Golea.
's Middags met John naar Ghardaia. In Ghardaia eerst het badhuis in. Een droge handdoek om je lijf toen we naar binnen gingen, die daar gewisseld werd voor een natte handdoek. In het badhuis zaten allemaal mannen zichzelf of elkaar te wassen. Het water was warm en koud; de vloer was verwarmd en het huis was vol met stoom. Net een sauna. Daarna kregen we drie handdoeken en gingen we op de matrassen liggen. Een man van zo'n 100 kilo was aan het "botten kraken", en liep over de ruggen heen. "Non merci". Daarna gingen we naar het kafé. Onze vriend kwam wel opdagen, maar meer dan 120 DA wou of kon hij niet geven. In het grote hotel verkocht ik m'n fles voor 150 DA. Jan stuurde een telex, dat hij morgen terugkomt en John ging naar z'n afspraak met Willem. Met z'n zessen in de truuk gingen we terug, werden aangehouden door de politie, maar Herman lulde zich er wel uit.
Theedrinken in de truuk, met Kechar en Fransen
's Avonds nog even verhalen van Hans gehoord en na de koffie naar m'n tent. De aggregaat doet het ook niet. Willem heeft de benzine meegenomen. Vandaag was Willem ook gesignaleerd bij het vliegveld, met andere personen. We wachten maar af... Ida en Karin kwamen terug en ineens was er een gegiechel. Wat was er gebeurd. Ze waren teruggekomen en alles was donker. Ze moesten nog even pissen en dat gebeurde naast de truuk. Toen ze de truuk binnenkwamen was het eerst rustig en daarna begon het gelach.
Om 11 uur sliep ik nog niet. Hans liep ook nog rond en we gingen in de bus zitten. Ondertussen was volgens ons de landrover al twee keer langs geweest. Tegen 12 uur kwam John weer terug. Hij had met Willem gepraat en een brief voor Herman, waarin stond dat Herman nogal vergeetachtig was, dat hij 1300 (en geen 1000) gulden van hem kreeg en dat hij dat maar op z'n bankrekening in Nederland moest storten. De landrover had hij ergens ondergebracht en hij hoefde geen moeite te doen hem terug te halen. Willem was verder ook niet meer bereikbaar.

zondag 28 december 1980

De ochtend werd weer gebruikt met rondhangen in de bus. Lezen en schrijven. In de middag met John naar Ghardaia. Heen en terug hadden we direkt een lift, de eerste auto. Bij het postkantoor stuurde ik een telegram naar Nederland. 20 DA, viel wel mee. Daarna liepen we wat door de stad en kochten wat eten en andere spulletjes, o.a. een scheermes uit China. Ook geld gewisseld: 50 Ffr voor 100 DA. In het kafé praatte ik met een Algerijn die wel whisky wou kopen (200-300 DA). Hij had geen geld bij zich en we rnaakten een afspraak voor de volgende dag. 's Avonds goed gegeten. Heel wat beter dan het ontbijt: Bran Buds, hondevoer. De avond ging weer snel voorbij. Piet was deze dag vertrokken en ging zwerven. Met rugzak en voedsel ging hij weg, zonder Corina daarvan op de hoogte te stellen.
Zondag had ik weer kookdienst, samen met Karin. 's Ochtends voor de havermout gezorgd. 's Middags voor de tomatensoep en voor de avond inkopen gedaan. Een 'echte' kip met wat andere dingen gehaald. De kip schoongemaakt en met hulp van Kechar gebakken en samen met de groente door de rijst gedaan. 
Kinderen van Kechar
Pieter was na een dag alweer terug. Hij was 's nachts gaan slapen in een militair gebied, en om 4 uur 's nachts opgepakt door militairen. Hij had een paar uur doorgebracht op een politieburo. Om 8 uur was hij weer los. Nadat er vanmiddag al gezeurd was over de suiker, nu over de kip die er niet in zat. Met Arne afgewassen en nog wat gelezen. Om 12 uur kwam Ida in de tent. Ze hadden Hans van het vliegtuig gehaald en Jan kwam misschien morgen.

vrijdag 26 december 1980

Ik ging om 7 uur naar Ghardaia met Karin M om warm brood te halen. Ook honing en kaas meegenomen. Het was al druk in het stadje. Terug, was ik een beetje moe en ging de rotsen op met m'n slaapzakje en las wat in een boek van Aad den Doolaard.
De lunch was al op, maar Herman zat vandaag in de kookploeg en maakte nog wat. 's Middags kwam Kechar weer kijken hoe we het eten klaar maakten. Veel kinderen lopen hier om de truuk heen. Ik douchte nog even bij Kechar in de tuin, lauw water. 
Met Corina sprak ik af dat we naar de witte zusters, soeurs blances, zouden gaan. Het eten, hutspot, stond al op een zelfgemaakt vuurtje met stenen, en we aten alvast een hapje. We kregen een lift tot dicht bij het klooster. Om half 7 waren we er inderdaad. Een zuster deed een deurtje open en we kwamen in een soort huiskamer. Een kachel stond aan. In het midden een tafel met wijn en brood. Een paar kruisen en schilderijtjes aan de muur. We zaten op een soort houten stoofje. Verder waren er nog 5 zusters en de priester, die wat later binnenkwam. We deden met hun mee. Staan, zitten. Het was heel sober en stil. De zusters waren wat verlegen. We zongen Franse kerstliedjes. De zusters zongen heel mooi. Zo nu en dan dreunden ze wat op. Toen het afgelopen was, bleken de zusters heel hartelijk en spraakzaam. Een paar spraken vloeiend Duits. De priester had een gewoon oud kostuum aan. We namen afscheid van hen. De priester had aan z'n rechterhand nog een duim en vinger over. Het was daar een heel lieve sfeer. We kregen twee liften terug. De tweede lift was van een man, die ons zondag meeneemt voor de thee. Corina had al eerder met hem gesproken. In de auto lagen 3 kinderen te slapen. Z'n vrouw zat ook in de auto. Thea en Karin M waren liftend naar het zuiden, Tamanrasset, gegaan. In de bus was het vrij rustig. Ik sprak met Johan over het wel en wee van de groep en over reiservaringen. In de tent nog een tijdje met Ida gepraat.
12 uur. De rust.

donderdag 25 december 1980

25 december, 1e kerstdag. Vandaag zon en me lekker rustig gehouden. In de zon gelegen en gepuzzeld. Een beetje rond de truuk gehangen.
Tegen de avond kwam Kechar, de eigenaar van dit terrein. Hij zorgde vandaag voor het eten: couscous. Bij hem thuis maakte hij eerst de gierst aan met water en olie. Toen dat allemaal goed gekneed was, ging hij bij ons in de truuk verder met koken. Hij had ook voor vlees gezorgd. Kamelenvlees.
De hele avond heeft hij in de keuken gestaan. Een grote ketel met vlees, aardappelen, wortelen en uien. Daarboven hing een soort ijzeren vergiet met de couscous. De couscous moest gaar stomen. Ondertussen zorgden wij voor een kampvuurtje. Hout gesprokkeld bij het riviertje. De schors van de palmbomen kapten we. Ook een paar delen van palmbomen sjouwden we mee. Een groot kampvuur. Met de palmtakken legden we het groots aan. Het eten werd rond het kampvuur opgediend en smaakte geweldig. Eerst kregen we de couscous met de groente en daarna het vlees. Als toetje kwamen mandarijnen en dadels. Veel gegeten. Kechar, een kleine eter, en Grika die wat ziek was, vulden m'n bord. Dit was ons kerstdiner.

Toos en Corina hadden me gevraagd om mee te gaan naar de Witte Paters, maar ik vond het hier eigenlijk veel te gezellig en vond het ook sneu om Kechar, waar ik goed mee op kan schieten alleen te laten. Ik had hem de hele dag geholpen. Om 8 uur kwamen Corina en Toos terug en vertelden over de Witte Paters, les pères blancs. Er waren 16 mensen in het kerkje en er werd een mis opgediend. Toos zei dat het misschien niks voor mij was geweest, allemaal oude mensen. Corina vond het heel mooi, "met de handpalm omhoog de zegen te ontvangen". Ze waren door een zuster weer teruggebracht. Ik praatte met Corina nog over het geloof. Zij geloofde in een universele god en verwachtte nog een profeet. Ze was lid van de Rozenkransers. Ik vertelde dat ik ook andere godsdiensten wilde bestuderen en toch ook meer in een universele god geloofde. Er wordt hier veel over geloof gepraat. Arne vertelde dat ik het Tibetaans Dodenboek maar eens moest lezen. Hij vond het heel boeiend.
Vandaag was ook een lammetje geboren!
Karin M vertelde nog wat over haar problemen met de groep en Jojo. Rond het kampvuur bleven we tot 1 uur zitten. Herman opende een fles whisky en deelde rond. Later ging m'n laatste pilsje van de boot open en ieder kon nog net twee slokjes nemen. Kechar vertelde over het feest rond de geboorte van Mohammed, 17 januari. De hele nacht wordt feest gevierd, mensen gaan van moskee naar moskee en zoeken familie op. Dat gebeurt dan in deze streek waar de mozabieten wonen. Willem vertelde nog wat verhalen en moppen. Over Jantje die langs de weg postbodes aan het maken was van poep. De postbode die langs kwam en daarna naar de politie gaat en een klacht indient. De politieagent die langs komt en vraagt waarom hij geen politieagenten maakt. Waarop Jantje antwoordt: "Daar heb ik niet genoeg stront voor". Wij kregen ook bezoek van politie vanwege het vuur. De sterrenhemel werd op deze avond goed geobserveerd. Orion, grote en kleine beer. Ik zag ook nog een vallende ster maar kon niet zo snel een wens doen. De maan scheen heel helder. Ik bleef 's nachts bij het vuurtje slapen.
Om 4 uur werd ik wakker en had .het koud. Het vuur weer opgestookt en nog even de sterren bekeken. Orion was al bijna achter de horizon. Om 6 uur nog even wakker en tegen 7 uur was het ineens licht. Ik had met m' n hoofd in de slaapzak gelegen en had het niet licht zien worden. Het was ook moeilijk geweest, want het was bijna volle maan. Het vuur smeulde nog en ik stookte het weer op. Herman was ook wakker en begon te schelden. Hij was om 4 uur ook wakker geworden, dacht eerst dat iemand binnen kwam rijden. (Hij sliep in de auto). Zag toen het vuur en dacht dat alles in de fik stond, zag iets bewegen en dacht "gekke Arne". Het was dus gekke Gerard.

woensdag 24 december 1980

Vanmorgen om 9 uur wakker. Klein ontbijtje gehad. Wat eet ik toch veel. Om 10 uur reden we met Herman in de landrover naar Ghardaia. Al snel maakte ik me van de anderen los. Ik vond een stapel zwart-wit kaarten van Ghardaia die ½ dinar per stuk kostten. Postzegels gehaald en daarna op een berg in de zon kaarten en brieven geschreven. Dat duurde bij elkaar zo'n 4 uur. Op de rotsen nog even in slaap gevallen. In de stad daarna nog van alles gegeten: gebakjes, koekjes, snoepjes. Ook 4 te gekke aluminium-lepeltjes gekocht. Om 6 uur was ik weer terug bij de tent. De eigenaar van dit terrein was thee aan het zetten. Hij had dat aangeboden. Ik hielp hem nog even en we dronken thee in de auto, achterin. We hadden op dit terrein ook gezelschap gekregen, een Fransman met Zwitserse vrouw en een Oostenrijks echtpaar, die ook thee kwamen drinken. De eigenaar had het allemaal leuk en gezellig gemaakt. Hij had ook koeken bij de thee, hele grote.
Het warme eten aten we voor de verandering ook achterin. Na het eten bleef hetzelfde groepje over: Willem, Thea, Toos, John, Karin, Ida en Johan. Piet lag al te slapen. Chocolademelk werd gemaakt en lekkere muziek gedraaid. Het was gezellig. Jan en Hans waren vanochtend met het vliegtuig naar Algiers gegaan om nieuwe onderdelen te halen. Er wordt daaraan getwijfeld. Gewoon een uitstapje?
Morgen zal ik weer gaan koken. Er was niemand voor de kookploeg en Piet bood zich aan. Hij vroeg of we samen zouden gaan koken. Ik had twee dagen geleden al gekookt. Later zei hij dat er al een kookploeg was. Wie dan? “Nou jij”. Ik berust daar wel in en vind het ook wel leuk. We staan hier nog wel een tijdje. Toch nog koud hier 's nachts bij een heldere hemel. De volle maan van gisteren is weer aan het afnemen.
Half negen opgestaan. Het ontbijt was al klaargemaakt door Thea en Pieter. Om 10 uur met de landrover naar Ghardaia. Eieren, kaas, brood en tomaten gehaald. Koffie gedronken. Om 12 uur weer terug. Bij een bron in een oud plaatsje waren vier gesluierde vrouwen aan het wassen. De lunch gemaakt. Ik word doodziek van het gezeur van Bernard. Alleen voor zichzelf zorgen, brood klaarmaken, thee inschenken.
Om 4 uur nogmaals naar Ghardaia. Ik wou een theepotje kopen, maar ze waren veel te duur. In een "Malle Pietje"-zaak kocht ik een veldfles. Fietsbanden hingen in de lucht. Overal potjes en kleine prulletjes. Een tijdje met die man gepraat. Het was bijna allemaal rommel uit Europa. In de bar van een hotel kwamen we weer samen. Weer eens op een bril van een plee gezeten. Luxe hoor! Bij de receptie lag een telegram van Jan aan Herman. Het volgende stond er ongeveer in: "Alles verloopt hier toch traag. Maak 2400 DA over naar een of andere bank in Algiers. Sloop de koppeling alvast in de garage. Prettige kerst voor iedereen! JanHans". Het duurt dus nog een tijdje. We reden terug naar de auto. Karin M vertelde dat ze bijna verkracht was, toen ze in haar nakie aan het zonnen was. Er om vragen ... ?
Piet was al bezig met pannekoeken bakken en ging nog een tijd door. Ze waren heerlijk. Arne deed de afwas en wij, Mieke, Toos en Corina gingen met Willem naar een kerstnachtdienst bij de Witte Paters. Route oasis. We hadden een hele tijd gereden, maar niks gevonden. Wel een mooie rit. Weer terug dronken we chocolademelk. Ik praatte met Toos nog over kerst. Om half twaalf lag ik in m'n tent. Arne speelde ergens in de verte "De herders die lagen bij nachten". Vrolijk Kerstfeest.

maandag 22 december 1980

Vandaag, 21 december, begint de winter en het is stralend mooi weer. Ida en ik hadden vandaag kookdienst en Thea helpt ook mee. Toch met z'n drieën. Jan en Willem zijn naar Ghardaia voor een nieuwe koppelingsplaat. 's Ochtends eerst ontbijt maken, koffie en thee zetten. Havermout. De truuk helemaal schoongeveegd. Een hele klus. Het zeil aan een kant geopend. Daarna voor het middageten gezorgd. Weer afwassen en vanavond dus weer koken. Gisteren is er nogal geruzied over de plaats van de twee boxen en over bord, mok en bestek. Iedereen zou een eigen beker e.d. bij zich moeten houden en schoonhouden. Hopeloos vandaag. In het dorp gekeken naar eieren, maar alleen maar gekookte. Nu is het half 4 en eindelijk zover om van de zon te genieten. Ik lig op m'n matje in korte broek en hemd in de zon te schrijven. Niet voor lang, want straks moeten we voor het avondeten zorgen. Nou, van 4 tot 9 ermee bezig geweest. Worteltjes geraspt en rauwkost gemaakt, met verder nog uien, mandarijnen en doperwten erin. Schijfjes rauwe aardappel gebakken met ham en kropsla uit blik gekookt. Het was verrukkelijk en veel. Ook veel te veel gegeten. Ik liep 's avonds nog met een paar pleisters op m'n vingers, omdat ik een beetje onhandig was met de rasp. Om 9 uur zat alles erop. Moe dat we waren. We sliepen bijna in de bus. In de tent dronken Ida en ik nog een glaasje whisky.

Vanmorgen half 9 opgestaan. Kinderen gooiden met stenen naar de tent. Toen Ida haar behoefte aan het doen was, stonden ze te kijken. Bij de truuk moest eerst nog van alles gedaan worden. 



 Om 12 uur vertrokken we naar Ghardaia. Met een man of 10 zaten we in de landrover. Jan chauffeerde te truuk. Een paar foto's van de rijdende truuk gemaakt. 
Herman zat bij ons in de landrover en moest onderweg bij hoofdspanningskabels van 25 meter hoog kijken of de truuk eronder door kon. In een klein plaatsje bij Ghardaia zetten we de oplegger neer. De motor van de truuk werd afgezet en startte gelijk niet meer (dynamo?). Daarna blokkeerde de remmen, nadat de truuk door de jeep van de trailer was weggetrokken. De middag werd gebruikt door er weer eens aan te sleutelen. Ik bleef lekker in de truuk zitten met een Vrij Nederland en muziek van Flairck en Dire Straits.

Met John ging ik trimmen. Na 10 minuten al bekaf. Door de heuvels liepen we terug. John vertelde over het baggerwerk, wat hij gedaan had. M'n tent moest ik nog opzetten en dat deed ik in het donker. Ik had alleen m'n grondzeil vast, toen er een Algerijn naar me toekwam. Hij was de eigenaar van dit terrein en het huis wat erbij staat. We praatten over het land, de prijzen en produkten. De Islamieten mogen geen varkens (couchon), lams-en paardevlees (chaval) eten. Verder nog een tijd gepraat over religie. Hij vertelde over hun profeten (Aisa) en de feestdagen. Op het laatst kon ik hem niet zo goed meer volgen. In z'n huis kreeg ik dadels en hij wees me een toilet en een kraan. Daarna ging ik eten en hij ging bidden, trok z'n schoenen uit in het zand. Na het eten m'n tent verder opgezet. Karin M had weer opmerkingen over m'n haar en ging me tekenen: ongelijke oren, verlegen oogjes, grote neus en nu m'n haar. Ik krijg er een komplex van. In de bus koffie en chocolademelk gedronken. Ik kreeg 's avonds weer last van steken in m'n hartstreek. Ging vroeg naar bed en hoopte dat het de volgende dag weer over zou zijn. Het maakt me wel een beetje angstig.

zaterdag 20 december 1980

Ghardaia
Gisteren was Ida jarig. Als kado gingen we naar Zelfana; een uurtje rijden, waar warme baden waren. De truuk werd voor het badhuis neergezet. Een groep ging met de landrover naar Ghardaia. Herman moest geld halen. Het was vrijdag, de Moslimse zondag, dus dat lukte niet. Ik had zin om er alleen op uit te gaan en ging niet met de jeep mee. Na een half uur liften kwam de eerste auto langs, een Berliet, een ouwe Franse vrachtwagen. De stoelzittingen kapot. Met een beetje Frans kon ik me wel redden. Wat praten over auto's en deviezen en 20 km verder zette hij me er weer uit. Vreemde gewaarwording was dat. Alleen in de dessert met voor en achter je een lange weg en zo nu en dan een auto die langs komt. De wind waaide, zand in de ogen en de zon brandde. Te koud vanwege de wind, te warm vanwege de zon. Je voelt je dan eenzaam. Een tweede vrachtwagen, een Volvo, nam me mee. Hij vervoerde ijzer uit Italië. De man was vrolijk, woonde in de buurt van Oran, 600 km verder. We praatten over onze reis. Hij ging ook naar Tamanrasset. Maakte fuck-gebaren, toen hij hoorde van de 10 vrouwen in de bus. Hij wou wel een nachtje bij ons doorbrengen. Hij bracht mij tot midden in Ghardaia. In het centrum doolde ik wat rond. 
Kleine overdekte straatjes met trappetjes naar boven waar ezeltjes overheen renden. Ik kwam helemaal boven bij de moskee. Binnenin trok ik m'n schoenen uit en ging naar binnen. Jammer, ik werd teruggehaald, omdat het voor hun 'zondag' was. Naar beneden verdwaalde ik in de straatjes en de weg vragend ("c'est l’heure de prière") kwam ik weer terug op de markt in het centrum.
In een restaurantje ging ik wat eten: kip! De mensen waren heel vriendelijk. Niet zo opdringerig. Bij een hotel was een mooi uitzicht over de stad met de minaretten. Er werd op dat moment ook gevoetbald: Ghardaia tegen Ouargla. De politie stuurde steeds iedereen weg. Ik profiteerde van m'n toerist zijn en mocht wel blijven zitten. Toen ik terug wilde, was ik de plaats vergeten (Zelfana) en bij een Syndicat d'Initiative kwam ik daar weer achter.
Terugliften was makkelijker. Eerst had ik een lift naar het vliegveld (2 uur vliegen naar Tamanrasset voor 275 DA). De man had het steeds over Franse francs. Uiteindelijk wisselde ik 50 FFr voor 75 DA. Het onderhandelen ging me goed af. Totaal was het 60 km naar Zelfana. Ik had nog een lift van een artiest in een Peugeot, hele gekke vent. Kon hem goed verstaan. Morgen ging hij naar In Salah (700 km verder..). De laatste lift was in een 2-persoons cabine.
In Zelfana verkocht ik een spijkerbroek en NY t-shirt voor 20 DA. M’n tent ergens opgezet in de bosjes. 's Avonds hadden we droge aardappelen met uien en wat groente. Het eten wordt slechter. Prijzen van voedsel ook steeds hoger. 's Avonds een uurtje gebaad. Heerlijke, warme natuurbaden. In de bus Ida's verjaardag gevierd met chocolademelk en whisky. In het donker nogal wat gedanst. Piet kwaad vanwege de herrie; hij ging de volgende dag in hongerstaking.
Ida sliep 's avonds bij me in de tent. Feestje door gevierd met whisky, kaas, koekjes en sigaretten bij een kaarslichtje. Heel gezellig. Leuk zitten babbelen over hoe het is zo je verjaardag te vieren en over de groep. Hoe je vooraf tegen iedereen aankijkt en wat je verwachtingen zijn.

Half een gingen we slapen en dat is laat hier. We werden om kwart over acht wakker en omdat we pas om half negen zouden vertrekken, riep ik heel verbaasd "Ida". Vanuit de tent konden we de truuk niet meer zien. Op de plaats waar de truuk zou moeten staan, stond Herman met Emma. De truuk met oplegger waren weg voor een proefritje. Dat ging goed fout. Een paar keer werd hij aangesleept en door wat stommiteiten ging er weer wat mis. Na een paar uur was de truuk weer terug. Ik bleef deze dag lekker bij de auto. Kon wat schrijven, lezen en muziek draaien. Bij de truuk waren steeds een horde mensen. Er werden wat spulletjes verkocht. Corina sloeg wel alles met haar prulletjes, aanstekers en sekspennen. Ze had 80 DA opgehaald. Een man, een monteur van de Algerijnse ANWB, wou whisky kopen voor 100 DA. De prijs in het zuiden moet nog hoger zijn, dus ik hou het nog even vast. Later zat hij bij ons in de bus te eten. Hij had naar de koppelingsplaten gekeken.
M'n wasje opgehangen in de wind en in de zon. Alouette knipte m'n haar lekker kort. Zittend op een jerrycan, zonder spiegel. Maar afwachten. De meesten vonden het mooi. Ik ging met Jojo in een klein kafeetje kameel eten. Het leek en smaakte naar biefstuk. Lekker rood, een beetje rosbiefachtig. Het werd eerst geslagen zoals biefstuk en ook een paar minuten gebraden aan beide kanten. Piet die in hongerstaking was, at ook een stukje mee. De prijs was laag, 15 DA voor twee personen.
Voor we gingen eten nog een bad genomen. Homerus in bad gelezen. De twee monteurs aten ook mee. Met één nog een tijdje gepraat. Hij kwam uit een gezin van 9 kinderen, allemaal jongens, uit Noord-Algerije. Karin M was ziek en bleef in Ghardaia in een hotel. 's Avonds bleven we in de truuk. De chocolademelk werd weer klaargemaakt en de toastjes kwamen erbij. 

De maan was 's avonds heel mooi, met kringen eromheen. Een lichte, grote kring was wel heel apart. 't Was onbewolkt en het lijkt morgen een mooie dag te worden. 

donderdag 18 december 1980

Jojo moest 's ochtends eerst nog in Touggourt naar de tandarts. Om half 11 reden we dan weer. De Bedoeïenenkinderen waren nogal lastig. Bij het vertrek werd er met stenen gegooid. Een tot ziens in Mohammedaanse landen? Omdat we 's ochtends nogal wat tijd hadden, was er gelegenheid om ons te wassen. In een beekje met lauw water een bad genomen. John nam ook een puur natuur bad: poedelnaakt wassen. Bij het beekje stonden ook veel palmbomen. Na een paar mislukte pogingen en open handen en voeten, hadden we dan toch de dadels te pakken. Aan oranje takken hingen grote dadeltrossen. Ze waren helaas nog niet helemaal rijp. In het zand vonden we ook nog de resten van een dode ezel; een poot, ruggewervels en een kop. De wervels hangen nu in de bus. Toen we gereed waren, vertrokken we richting Ouargla. In Ouargla regende het en was het koud. Op een klein marktje kocht de kookploeg eten in. Er was weinig te zien en we reden dan ook al snel weer verder, over een kleine weg door de Sahara. Tegen de avond begon het te stormen en kwamen we in een zandstorm terecht. Herman durfde niet verder en zette de wagen aan de kant. In de storm zetten we onze tenten op. Veel problemen gaf dat niet. M'n tent stond vrij snel. Je raakt eraan gewend. Jojo's tent stond een beetje wankel. John verzegelde z'n scheerlijnen met grote keien. Arne zette zoals altijd ook z'n tent op, maar sliep er niet in. We zetten Toos haar tent op. Ze had kookdienst. De anderen van de kookploeg sliepen bij ons in de tent. Karin bij John en Hans bij mij.
De kookploeg: kleine Karin, Toos, Hans
Het eten was weer goed, en met stoofvlees. 's Avonds werd er zoals altijd nog wat gekeuveld, sterke verhalen, etc. die ik weer snel vergat. In de tent nog wat met Hans van Oostveen gepraat. Hij is 30 en nog met z’n kandidaats biologie bezig aan de VU. We kenden samen nogal wat mensen. Ook het wel en wee in de groep bespraken we natuurlijk.

woensdag 17 december 1980

Woensdag geloof ik, 17 december, 1 maand onderweg. Om 6 uur wakker. Het was nog donker en ik had diarree. De muzelman riep het gebed van de moskee. Weer in slaap gevallen en om 5 minuten voor 8 gewekt. Nog 5 minuten ontbijt. Encounter Overland was al aan het inpakken en vertrok om 8 uur. Wij om 9 uur. De diarree bleef. Tijdens het tillen van de rails in de auto kreeg ik deze tegen m'n ribbenkast. De hele dag het gevoel van gekneusde ribben.
Onderweg hielden we bij een klein plaatsje halt, waar op dat moment net speelkwartier was. We (Thea en ik) praatten een tijdje met de leraren, met de mooie namen: Maamir Abdelaziz, Ben Amara Bonbaceur en Khalef Sadok. We werden door hen uitgenodigd voor koffie en kregen brood, kaas, mandarijn en een ansichtkaart. Ze vertelden over de school. De eerste 2 jaar Arabisch. In het derde jaar Frans erbij. Wij vertelden over·onze reis. Ze zagen ons als echte kapitalisten. Maamir (32 jaar), die getrouwd was met een 24-jarige vrouw en al een kind van 11 jaar had!, wilde deviezen wisselen. We·gingen daar (nog) niet op in. Wel wisselden we onze adressen uit.
Goed, we waren daar een uur geweest en zouden maar een half uur pauzeren. Terug bij de truuk: geen truuk. Jan en Pieter ontdekten we tussen de Algerijnen. Jan: "Het sterkste staaltje van asociaal gedrag dat tot nu toe vertoond is". De truuk stond 2 km verder bij een pomp. In een taxi reden we daarnaar toe en ik mocht afrekenen met de chauffeur (10 D, dat is 5 gulden). Iedereen, de oudere dames en Jan, waren hartstikke nieuwsgierig wat we betaald hadden. "Geen commentaar".
We reden verder naar Touggourt. Alleen maar zand, zo nu en dan wat palmbomen. In Touggourt waren we rond half 1. Jojo moest naar de tandarts en kon niet eerder dan half 3 (=half 4) geholpen worden. Een uur tijdsverschil. De stad ingewandeld en wat rondgekeken. Kwam nog met een Algerijn op de foto. De E.O.-tour was er ook. Later ging ik met Corina en Toos de grotwoningen bezoeken. Soort katakomben. Donkere holen waar veel kinderen speelden. In een huisje gekeken: kamer met bed, kleine ronde tafel met kachel, burootje, telefoon en spiegel. C'est toutes. Weer later naar een Monoprix om bier te halen. Je moest wel lege flessen meenemen en die hadden we niet. Teleurgesteld weer weg. Met Ida en Thea naar een confissserie gegaan. Glaasje drinken: melkachtig, groen, zoet drankje en "gebakjes". Drie soorten, die we alle 3 probeerden.
Bij de truuk waren we weer het laatst. Wat een dag. Even buiten Touggourt zetten we onze tenten op. Bedoeïenen liepen om onze tent heen en waren nogal ophitserig tegen elkaar. We zagen bij enkele hutten verderop een vuurtje branden en gingen kijken. Ida, Thea, Corina en later Johan. Bij het vuurtje gingen we zitten en kregen thee. Theeritueel. De kannetjes werden in het vuur gezet. Glaasje vol, weer terug in de kan. Glaasjes werden rondgegeven. De vrouw liet veel sieraden zien. We begrepen niet veel van wat ze zeiden. Alleen Arabisch. Wel heel gezellig zo, met  z'n vijftienen rond een klein vuurtje. We deelden de snoepjes rond. De kinderen en ook de ouderen waren er dol op. Ze wilden ook kleren hebben maar dat ging niet door.
In de truuk aten we stamppot andijvie met worst en sinaasappel na. We liepen om beurten wacht bij de tenten. Gisteren waren er spullen uit de tenten gestolen en later gesignaleerd in een dorpje (o.a een schaakspel). Thea was een beetje kwaad. "Arme mensen, waar wij van profiteren". In de truuk nog wat met Arne gepraat (hij had de fles whisky van John leeggedronken!) en geschaakt (+verloren).
Verhaal in de bus: eiland spermatozoïden, onder het maagdeneiland, met een berg (Venus). Kunnen niet optellen, alleen aftrekken. Favoriete sport: paalklimmen. Vrucht: eikels. Weer: zo nu en dan ruk- en trekwinden.
Na de thee en de koffie met gebak (Piet) ging ik naar m'n tent. Karin M was vandaag ook jarig, maar deed er weinig aan. Het is nu half 12. Val bijna in slaap. De rust

dinsdag 16 december 1980

Om 11 uur vertrokken we. Corina, Ida en ik hadden vandaag kookdienst. Het ontbijt bestond uit havermout. Van Tozeur reden we rechtstreeks naar de grens. Daar kochten we van ons laatste Tunesische geld brood en eieren. Bij de grens moesten we een paar uur wachten, maar dat was niet zo erg. Het middageten en de zon hielden ons wel bezig. 
Eerst door de Tunesische douane; daarna de Algerijnse, die wat moeilijker deed, maar uiteindelijk viel het allemaal erg mee. Het geld kon weer uit de onderbroek gehaald worden en gedroogd... Aan de grens moesten we opgeven hoeveel geld we bij ons hadden. Het zwart geld was overal weggestopt.
We reden daarna meteen maar weer verder. De landrover nog steeds voorop. Dichtbij El Oued parkeerden we. Hier staan nu met twee Duitse landrovers en een Encounter Overland. De Nederlanders uit deze groep kwamen even kijken en praten. Ze waren nu 2 weken (!) onderweg, vanuit Engeland. Soms 12 uur rijden!
Encounter Overlanders
Wij moesten echter meteen aan de slag voor de chili con carne. Na een beetje geruzie met Corina over een blikje sardientjes, begonnen we de blikken te zoeken: 8 bruine bonen, 1 champignons, 1 stoofvlees en 4 blikken ananas. Flink uitgesloofd en extra gemaaakt omdat Pieter vandaag jarig is en 44 wordt. Na het eten ons praatje. Willem noemde z'n punten van ontevredenheid op. Te weinig water. Te weinig materiaal (sleepkabel). Te weinig vertrouwen in de chauffeur. Te weinig eenheid in de groep. Bij Jan kon er alleen een sleepkabeltje af. Willem wil nu in Gardaia uitstappen. Door onze bijval werd Jan weer agressie: "Dit is avontuur!". Het leek wel muiterij...
's Avonds niet veel bijzonders. Morgen vroeg op. De grote zandbak..

maandag 15 december 1980

Vanochtend om half tien gewekt door de kookploeg. Brood met kaas en tomaten. 's Ochtends nog wat in de truuk rondgehangen. Er was bijna een ongeluk gebeurd. Herman had de truuk en trailer losgekoppeld zonder de trailer op de handrem te zetten ("welles"-"nietes") en zonder blokken voor de wielen te leggen. De trailer was meters achteruit gerold tot de gasflessen en de rails voor de jeep. Alles ging deze keer nog goed. We houden ons hart vast. Willem was hierover zeer ontevreden. Hij wil in Tamanrasset uitstappen. Onervaren chauffeur, geen sleepkabel, een kwart van het nodige drinkwater bij ons, de oudere dames, etc. We praatten er wat over en wilden het vanavond voorleggen.
Met John ging ik Tozeur in. We wilden een bad (Hammam) gaan nemen. De eerste auto die passeerde gaf ons een lift tot aan het pleintje in het centrum. De hammam was gesloten tot 4 uur. We aten couscous en kip en kochten nog wat spulletjes: kaarsen, mandarijnen, koekjes, amandelen. Bij de kledingzaakjes probeerden we de spijkerbroeken te ruilen, zonder sukses. Wel konden we hasjies kopen (100 gulden voor 10 gram Maroc). Een afspraak gemaakt voor 8 uur, maar ik wist wel dat die niet doorging. Vervolgens gingen we naar hotel Splendid. Bier, bouca en wijn. We hadden daar om 4 uur afgesproken met de anderen. Een douche in het hotel genomen. Brieven en filmrolletje gepost. 
Bij Tahar en Gerda 'uitgenodigd'.
Daarna gingen we naar het huis van een Tunesiër, Tahar, die met een Nederlandse getrouwd was, Gerda, en een paar jaar in Vianen had gewoond. We aten couscous met vlees, groente en saus. Koffie, mandarijnen en dadels toe. Verrukkelijk. Daarna kregen we problemen over het geld. Iedereen moest 1 D betalen, wat veel te veel is. Morgen komen ze geld halen. Met de landrover gingen we terug en weer een tijdje met Ida gebabbeld over de Dijkers en de Pleiners (jaren 50 Amsterdam). Vanavond van haar gewonnen met schaken! In m'n tent nog wat na zitten denken over deze reis. Worden we uitgebuit? Wat te doen? Ik blijf vol optimisme!
Vandaag een bloemetje gekregen van Karin M. Wat betekent het?
Jan legde vandaag uit wat we bij de grens moesten doen. Het Algerijns geld van de wisselneef in een sok of onderbroek doen. De rest opgeven, behalve het zwarte geld. "Probeer zo eerlijk mogelijk te blijven."  "Gevaarlijk". "Tien jaar bak is ook niet alles".

zondag 14 december 1980

's Ochtends rijp op het veld, ijslaagje op het drinkwater, maar wel een zon die de warmte aankondigt.
Om half tien reden we. Een stop in Gafsa. Vlaggetjes vanwege het bezoek van de eerste minister die een dag eerder langs was geweest schuurden over de trailor. Mooi gezicht. De nieuwsgierige Nationale Garde kwam kijken en bood z'n bescherming aan. Agentje pesten door Grika. Daarna Tozeur. Een uur Tozeur in geweest. Bij een kledingzaakje konden we onze kleren en schoenen ruilen. De volgende dag om 10 uur zouden we terugkomen. Een Nederlander had ons naar deze plaats, bijna Sahara, gebracht. Hij had teveel Algerijns geld (800 gulden) en wilde een goeie deal met ons maken. Ik kocht voor 50 gulden Algerijns geld en kreeg 150 dinar (=75 gulden). Iedereen kocht wat. 's Avonds in Hotel Splendid bouca en bier gedronken. Bij een ander hotel nog wat geld gewisseld (100 FFr = 9 D). Ik kon Willem de twee dinar geven voor het Berberfeestje.

Vanochtend  om 9 uur een bord havermout in m'n tent gehad van Karin M. Samen hier gegeten. Tot half 1 geslapen. De trailor is weer helemaal schoon en in orde gemaakt. M'n was gedaan. Mieke was het wasvrouwtje en vouwde en draaide alles.
's Middags de Chott-el-Djerid opgeweest. De zoutvlakte. Heerlijk rustig. Ik voelde me een vrijbuiter met m'n doek om, een stok, mes en een veldfles. Tegen zonsondergang richting oase gelopen. In de oase kleine tuintjes met bevloeiing. Tussen de palmbomen verdwaalde ik. Bij een klein hutje waren ook twee Fransen, die me met hun Peugeot weer terugbrachten, 5 km verder. Ik was helemaal de verkeerde richting opgelopen. Koud en hongerig. De geplukte takkenbos had ik achtergelaten.
Hotel California-achtige oase
Dicht bij onze standplaats uitgestapt en met Alouette en 'kleine' Karin verder gelopen. Lekker gegeten: 2 borden uiensoep en 2 borden zuurkool met stoofvlees. Afwas.
Karin M kwam vanavond weer afzeggen voor een plaatsje in de tent. Jojo was verliefd op haar. M'n veldfles met thee meegenomen naar de tent, Karin kwam nog even langs met kakies en haalde later nog thee. Ze vertelde me over m'n verlegenheid. Baba. Nu 1 uur. Mooie sterrenhemel, de maan is verdwenen. Nog even uit de tent om de thee uit te pissen. Nog een sigaret, stukje Koran en wat koude thee. Welterusten.