Ik begin steeds meer zin te
krijgen om weg te gaan. Waarschijnlijk morgen weg met de "oudjes". Vandaag
dan toch eindelijk de moed bij elkaar gepakt om de oude stad in te gaan. Eerst
lopend naar het postkantoor om daarna langs de bioskoop naar de oude markt te
gaan. Hele kleine steegjes, stinkend. Mensen die langs de kant van de straat poepen
om daarna met water hun reet schoon te maken. In de oude markt een paar
schoenen gekocht van slangenleer van een zwarte man in een dekenwinkel. Later
nam hij me mee naar z'n eigen winkel en die van z'n broer, waar ik een bloesje kocht.
Verder op de markt een primitief mesje, schaartje en lepel gekocht. Wel heel
mooi.
Bij de grote moskee nam ik
even rust. De meisjes in fel blauw, de jongens in wit, met witte petjes liepen
daar rond. Bereidwillig om voor een foto te poseren. De huizen rond de moskee
waren heel typisch. Op elk punt van het dak was een kleine pilaar.
Op de terugweg kwam ik de
volgende straatscène tegen. Twee mannen die voor dood op het
"trottoir" lagen. Ze waren waarschijnlijk een beetje maf. Water werd
door een verstandige man op hun hoofden gegooid. Eén kwam bij, maar wel heel
moeizaam. Ging zitten, viel weer terug om tenslotte helemaal weer bij
bewustzijn te komen. De andere reageerde bijna geheel niet. Rond hen kwam een
grote menigte te staan. Ik stond er als enige blanke tussen. Ze stonden nu wat argwanend te kijken. Toen ik weg liep pakte een jongetje m'n hand vast.
Heel bijzonder.
Kwam weer langs de bios waar
's avonds een Japanse en Indiase film draait. Vanavond gaan Ida en ik naar de
film in de open lucht. Er zijn lange rijen stoelen en een groot scherm op de
voorgrond. Bij de bioskoop was het een leven van heb ik jou daar. Ook bij het station was het
een grote drukte. Het zal moeilijk worden om met de trein te reizen. Overvolle
treinen.
Langs de weg kwam ik veel
biddende moslims tegen. Speciale pleintjes zijn er voor ingericht om dagelijks
te bidden. Echt
overal waar je langs kwam waren ze aan het bidden. Soms hele groepen, op de
markt, andere keren was iemand alleen op straat aan het bidden.
Bij de kamping waren ze zich
al druk aan het voorbereiden voor morgen. Johan zaaide paniek over de
onzekerheid dat Jan ons zou oppikken bij het park. Later vertelde hij dat hij
ook genoeg van Kano had en snel door wilde.
Karin maakte me flink
belachelijk met m’n bloesje en de schoenen die ik gekocht had. Ze vond ze
“vrouwelijk”. Later vroeg ze of ik ook geen roze stukje had. Ik viel flink
tegen haar uit en zal voortaan maar weinig kontact met haar onderhouden. Definitieve
breuk. Eigenlijk had ik dat al eerder moeten doen, na Ghardaia. Helaas.
Na een vlotte maaltijd ging
ik met Ida naar de bioskoop. Met de taxi naar de bios, ook de eerste keer in
m’n leven. Twee films draaiden er. Het was gelukkig niet zo duur, 2 naira. De
bioskoop bestond uit een grote rij stoelen met voor ons een groot wit doek in
de open lucht. Tijdens de film allerlei buitengeluiden: toeterende auto’s,
zwaailichten. De eerste film was een Japanse knokfilm, “The one-armed boxer”.
Het geluid was heel slecht, Engels nagesynchroniseerd. De totale film bestond
zo’n beetje uit kung fu-achtige knokpartijen. Allerlei vreemde hoofden, de een
zag er nog afschrikwekkender uit dan de andere. De een-armige boxer zocht
wraak, vanwege een moord op vrienden. Gekke scènes tijdens de film, waarbij het
knokken overging in een soort versnelde slapstick. De afrikanen in de bios
waren op de gekste momenten slap van de lach, en knokten mee in de film. Ze
sloegen zich op hun benen en lachten hun tanden bloot. Na deze voorfilm volgde de
Indiase hoofdfilm.
Het begon met een
documentaire over de oude Ghandi en vrijheidsliederen over de
onafhankelijkheid. De film was heel simpel. Het ging over de misdaden die
de Engelsen de Indiërs aangedaan hebben: huizen platgewalst en sterilisaties
onder dwang. Over dit laatste thema handelde de film. Verder was de film een
grote klucht. Een soort Louis de Funès. De film viel zo nu en dan weg. Er zaten
mooie liedjes in de film en mooie vrouwen. Ondertussen kregen we jeuk
(vlooien?) en kwam de maan en sterren te voorschijn. De grote ontknoping van de
film uit INDIA, met HAUSA en ENGELSE ondertiteling in NIGERIA was een
speedbootachtervolging in AMSTERDAM. Te gek. We waren nu de enige die dubbel
lagen van het lachen. Terug gingen we weer met een taxi. Sjiek hoor. Bij het
Central Hotel werden we uitgezet en kregen daar nog een drankje aangeboden
door een stel dronken Nigerianen. Ze werden lastig en we smeerden ons snel.
Hand in hand liepen we terug en rond half 1 waren we weer op de patio waar iedereen
in diepe rust was.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten